Emanuelpolder ontwerp

Emanuelpolder ontwerp
Dijkvak Emanuelpolder
Decompositie type
TM werkproces stap c) Ontwerp

Activity IOR



Het voorontwerp, de variantenafweging en het definitieve ontwerp van het dijktraject zijn uitgebreid omschreven in de ontwerpnota. Samengevat ziet het ontwerp er als volgt uit. Langs het hele dijktraject is gekozen voor dijkbekleding van klei. Projectbureau Zeeweringen bepaalde de dikte van de kleilaag met de Spreadsheet Kleidijken. Daarnaast maakte het projectbureau gebruik van een nieuwe methode, ontwikkeld door Deltares, om het erosieprofiel onder maatgevende omstandigheden vast te kunnen stellen. Over de hele dijk is uiteindelijk hetzelfde profiel aangebracht. De bovenste 50 centimeter klei bestaat uit klei van erosieklasse 2. De overige klei bestaat uit klei van erosieklasse 1. Beide kleilagen dragen bij aan de sterkte van de klei.

Bijzonderheden

Klei in plaats van stenen

De oorspronkelijke dijkbekleding van dijktraject Emanuelpolder bestond uit klei en gras. In de ontwerpfase overwoog projectbureau alternatieven, waaronder steenbekleding. Binnen het door het Hoogwaterbeschermingsprogramma beschikbaar gestelde budget was dijkbekleding van klei en gras de enige optie. Technisch gezien was dit een goede keuze. De levensduur van een kleibekleding is vergelijkbaar met die van steenbekleding; hij vergt echter wel meer onderhoud. Bovendien kon de dijk met klei en grasbekleding zijn oorspronkelijke, natuurlijke uitstraling behouden. Voor het dimensioneren van kleidijken is een rekenmodel ontwikkelt.


Berm

De hoogte van de berm varieerde, maar lag overal onder het ontwerppeil van NAP+6,90 meter. Tijdens de dijkversterking is de berm overal verhoogd, zodat het hele dijkvak nu een hoogte heeft van NAP+6,90 meter. Op de berm is een nieuw onderhoudspad aangelegd met een toplaag van open steenasfalt. Het onderhoudspad is niet opengesteld voor recreatie. Tijdens de uitvoering gebruikte projectbureau Zeeweringen de berm deels als werkweg en bracht daarvoor een strook van fosforslak aan. Deze strook is blijven liggen en afgewerkt tot de gewenste laagdikte van 0,4 meter en afgedekt met open steenasfalt.


Bovenbeloop en kruin

Op het bovenbeloop en de kruin is de bestaande kleilaag van 0,80 meter aangevuld tot een laagdikte van 1,40 meter. De naastgelegen dijkvakken zijn voorzien van steenbekleding. Als onder maatgevende omstandigheden de kleilaag erodeert, verliest de steenbekleding zijn opsluiting en kan bezwijken. Om dat te voorkomen creëerde projectbureau Zeeweringen een overgangsconstructie met gepenetreerde breuksteen. Mocht de klei eroderen, dan zal de gepenetreerde breuksteen blijven liggen en zo de steenbekleding op zijn plek houden.

Schorverlaging

Vanuit de Provincie is het verzoek gekomen om het schor voor de dijk te verlagen. De vrijkomende klei zou dan gebruikt kunnen worden voor de dijkverbetering.

De benodigde tijd was echter te kort om dit, toch complexe onderzoek, tijdig af te kunnen ronden. Dit kwam mede door de niet-homogene samenstelling van het schor. Er zijn verschillende onderzoeken uitgevoerd naar de kwaliteit van de klei in het voorland.








De View-Navigation (VN) pagina's.

HZ University of Applied Sciences
Rijkswaterstaat, Ministerie van Infrastructuur en Milieu
Projectbureau Zeeweringen
Waterschap Scheldestromen
Provincie Zeeland
Deltares