GVZM Beoordeling door commissie voor de m.e.r.

GVZM Beoordeling door commissie voor de m.e.r.
Context GVZM Visie- en planvorming Grevelingen en Volkerak-Zoommeer
Decompositie type IOR

Activity



Het milieueffectrapport (MER) is ter inzage aangeboden en voor advies voorgelegd aan de onafhankelijke Commissie voor de milieueffectrapportage (m.e.r.). In het uitgebrachte (tussen)advies (Anon. 2014) concludeert de commissie dat “het MER duidelijk maakt dat alle alternatieven in meer of mindere mate een bijdrage leveren aan de primaire projectdoelstelling verbeteren van de waterkwaliteit.” Maar de commissie signaleert ook enkele tekortkomingen:

  • De commissie is van oordeel dat het MER nog geen afdoende beschrijving van de huidige situatie en de autonome ontwikkelingen in de natuurwaarden van de gebieden bevat en dat een goede beoordeling van de gevolgen voor de huidige landelijke én gebiedsdoelen voor natuurbescherming ontbreekt. De commissie meent dat een nadere kwantitatieve analyse leidt tot een aanscherping van de effectbeschrijving en daarmee tot een betere onderbouwing van de effectbeoordeling. De commissie adviseert daarbij vooral aandacht te besteden aan soorten en habitattypen waarvoor de Grevelingen of het Volkerak-Zoommeer een bijdrage leveren aan de landelijke populatieomvang en andere doelen voor natuurbescherming.
  • Uit het onderzoek in het MER naar de toekomstvastheid van het voornemen, blijkt volgens de commissie “dat bij een snelle zeespiegelstijging vanaf 2054 aanvullende maatregelen nodig zijn. Het MER geeft wel een aantal mogelijke maatregelen aan, maar gaat niet in op de haalbaarheid en onzekerheden daarbij. Daardoor ontbreekt inzicht in de mogelijke extra gevolgen (onder andere voor natuur en financieel) van deze maatregelen.” Daarom is de commissie van oordeel dat het MER nog onvoldoende inzicht biedt in de toekomstvastheid van het voornemen op lange termijn (Anon. 2014).

In antwoord op het advies van de Commissie m.e.r. heeft de minister in april 2016 een aanvulling gepresenteerd bij het milieueffectrapport waarin de eerder onderzochte effecten nogmaals zijn beoordeeld aan de hand van kwantitatieve gegevens over de huidige situatie en autonome ontwikkeling van natuurwaarden waarvoor de gebieden van bijzonder belang zijn. In de aanvulling is tevens een nadere toelichting opgenomen van de toekomstbestendigheid van de plannen bij verdere stijging van de zeespiegel. Deze aanvulling is voorgelegd aan de Commissie m.e.r. in mei 2016. In het definitieve toetsingsadvies (Anon. 2016) over het milieueffectrapport en de aanvulling geeft de commissie aan dat de geleverde informatie uitgebreid en gedetailleerd is. Desondanks is de commissie van mening “dat in het MER en de aanvulling tezamen informatie ontbreekt die essentieel is voor de besluitvorming over de structuurvisie. Dit betreft een onderschatting van de effecten op beschermde natuur en het in beeld brengen van de toekomstvastheid.” In reactie daarop zijn de effecten op een aantal habitattypen en soorten van de Grevelingen opnieuw onderzocht en nader beoordeeld en door middel van een aanvulling op de MER en NES gepresenteerd, toegespitst op de effecten voor alternatief D, het ontwikkelperspectief uit de ontwerp-rijkstructuurvisie.




De View-Navigation (VN) pagina's.


De links naar andere pagina's.


Connectie.

Connectie type seq
Connecteert naar GVZM Aanvulling op MER maken
Conditie
Opmerkingen


De pagina's die linken naar deze pagina.

Dit element heeft geen subelementen.

Komt van Type Connectie type Conditie Waarde Opmerkingen
GVZM Formuleren rijksstructuurvisie Connects seq
HZ University of Applied Sciences
Rijkswaterstaat, Ministerie van Infrastructuur en Milieu
Projectbureau Zeeweringen
Waterschap Scheldestromen
Provincie Zeeland
Deltares