Oost-Inkelenpolder Toetsing

Oost-Inkelenpolder Toetsing
Dijkvak Oost-Inkelenpolder
Decompositie type
TM werkproces stap b) Toetsing

Activity IOR



ingegoten basalt
infiltratieproef, proefsleuf
infiltratieproef, fonteintjes in bekleding ingegoten basalt

Op basis van eerdere toetsing waarbij veel gedeelten waren die niet konden worden goedgetoetst is besloten een geavanceerde toetsing uit te voeren naar de sterkte van deze bekledingen. De eerste fase omvat een beschrijving van de vooraf bekende gegevens en geeft een impressie van de ervaringen tijdens een locatiebezoek. Het rapport besluit met de voorlopige eindscores en leidde tot nader onderzoek. Hierin werd een getijmetingen beschreven. De metingen zijn een voorbereiding voor een I op deze locatie uit te voeren infiltratieproef door RWS-DWW. De bekleding is tijdens deze proef niet bezweken, terwijl hij volgens de huidige methodiek wel is afgekeurd en dus vervangen moet worden. Het bezwijkmechanisme van ingegoten bekledingen op overdruk lijkt anders te zijn dan wordt aangenomen bij de huidige toetsmethode. De voorlopige conclusie uit dit onderzoek is dat een ingegoten bekleding minder snel op overdruk bezwijkt dan met de huidige modellen wordt voorspeld. De verwachting is dat verdere analyse en herhaling van de proef op andere locaties zal leiden tot een minder conservatieve toetsprocedure en daarmee tot belangrijke besparingen op de herstelkosten van dijkbekledingen. De actualisatie door het waterschap van de eerdere toetsing vormt het vertrekpunt voor de geavanceerde toetsing en het ontwerp van een eventueel nieuwe bekleding. Vervolgens is de actualisatie gecontroleerd door het Projectbureau waarna de vrijgave is gevolgd die regelt dat het dijkvak kan worden verbeterd. In de vrijgave wordt op basis van kennisnotitie K030411 (ingegoten Kruiningen) aangegeven dat meerdere delen gepenetreerde basalt zijn goedgekeurd. Bij de toetsing is plaatselijk een tweede glooiing aangetroffen op circa 85 cm onder het maaiveld. Dit betreft mogelijk de oude dijk die na herstel van de glooiing, na de doorbraak van 1953, onder de huidige glooiing is verdwenen. Het is mogelijk dat dit op meerdere plaatsen langs dit dijkvak voorkomt.

De resultaten van de toetsing zijn dat op de dijk meerdere vlakken met ingegoten basalt goedgekeurd. Op de oostelijke havendam voldoet een groot deel van de basalt in de ondertafel. De overige bekledingen moeten worden verbeterd en de berm van de dijk moet worden opgehoogd tot NAP + 6,65 m.













De View-Navigation (VN) pagina's.

HZ University of Applied Sciences
Rijkswaterstaat, Ministerie van Infrastructuur en Milieu
Projectbureau Zeeweringen
Waterschap Scheldestromen
Provincie Zeeland
Deltares