Op eigenschap zoeken

Deze pagina biedt een eenvoudige bladerinteractie voor het vinden van entiteiten met een eigenschap met een bepaalde waarde. Andere beschikbare zoekinteracties zijn de zoekpagina voor pagina-eigenschappen en de querybouwer.

Op eigenschap zoeken

Een lijst van alle pagina's met de eigenschap "Skos:definition" met waarde "Lijn in lengterichting van de kust die de afslagpunten verbindt.". Omdat er een beperkt aantal resultaten is, worden ook nabije waarden weergegeven.

Hieronder staan 26 resultaten vanaf #1.

(vorige 50 | volgende 50) (20 | 50 | 100 | 250 | 500) bekijken.


    

Lijst van resultaten

  • Kruinhoogte  + (Hoogte van de waterkering.)
  • Deltahoogte  + (Hoogte van een waterkering, die voldoet aan de veiligheidsnorm volgens de Deltawet.)
  • Kreukelberm  + (Horizontaal gedeelte van een dijk, aan de buitenzijde gelegen, als overgang tussen de harde bekleding en de rest van het talud of de vooroever Ook wel ‘teenbestorting’ of ‘plasberm’ genoemd.)
  • Plasberm  + (Horizontaal gedeelte van een dijk, aan de buitenzijde gelegen, als overgang tussen de harde bekleding en de rest van het talud of de vooroever Ook wel ‘kreukelberm’ (Zeeland) of ‘plasberm’ genoemd.)
  • Teenbestorting  + (Horizontaal gedeelte van een dijk, aan de buitenzijde gelegen, als overgang tussen de harde bekleding en de rest van het talud of de vooroever Ook wel ‘kreukelberm’ (Zeeland) of ‘plasberm’ genoemd.)
  • Actuele sterkte  + (Huidige werkelijke sterkte.)
  • Skos Natuurbeschermingswet  + (In de [http://wetten.overheid.nl/BWBR00096
    In de [http://wetten.overheid.nl/BWBR0009641/2016-04-14 Natuurbeschermingswet] is de bescherming van specifieke gebieden geregeld. De bepalingen uit de Europese Vogel- en Habitatrichtlijn zijn hierin verwerkt. In de Natuurbeschermingswet zijn de volgende gebieden aangewezen en beschermd: Natura 2000-gebieden (Vogelrichtlijn- en Habitatrichtlijngebieden), beschermde natuurmonumenten en wetlands.
    , beschermde natuurmonumenten en wetlands.)
  • Beheersgebied  + (In de legger gespecificeerd areaal, dat als waterkering wordt aangemerkt en door de waterkeringbeheerder wordt beheerd.)
  • Retentiegebied  + (In dit gebied bergt men tijdelijk, bij hevige regenval, water. Dit opdat stroomafwaarts gelegen gebieden niet overstromen.)
  • Kwelkade  + (In het direct aan de dijk grenzende achterland aangebrachte kade om afstromen van kwelwater te verminderen waarmee wordt getracht het optreden van pipingverschijnselen te voorkomen alsmede wateroverlast binnendijks tijdens hoge rivierafvoeren te beperken.)
  • Ontwerpwaarde  + (In het ontwerp te hanteren waarde van een belasting- of sterkteparameter (rekenwaarde).)
  • Preventieve evacuatie  + (In het project Veiligheid Nederland in Kaa
    In het project Veiligheid Nederland in Kaart wordt uitgegaan van preventieve evacuatie waarbij het doel is dat het gehele gebied ontruimd is voordat de overstroming plaatsvindt. Er zijn veel aanleidingen die een evacuatie noodzakelijk kunnen maken. Dit kan een natuurlijk, fenomeen zijn: extreme weersomstandigheden (orkanen, heftige neerslag, stormen, bosbranden als gevolg van droogte), springvloed, geologische verschijnselen (aardbevingen, vulkanisme, tsunami), maar kan ook door menselijke activiteit veroorzaakt zijn zoals industriële ongevallen, bezwijken van een waterkering, ongevallen met transport van gevaarlijke stoffen en aanslagen. Uitbreiding van menselijke activiteiten naar kwetsbare gebieden vergroot de gevolgen van extreme omstandigheden. Er zijn grote verschillen in de mate van voorspelbaarheid van: locatie,tijdstip, schaal en verloop van het proces. Een en ander maakt dat er grote verschillen zullen zijn in termen van urgentie van handelen en mate van voorbereiding.
    ie van handelen en mate van voorbereiding.)
  • Infitratie  + (Indringen van water in de bodem of het grondlichaam van bovenaf.)
  • Watertoets  + (Instrument dat gebruikt moet worden om al in de beginfase van ruimtelijke plannen en besluiten water(beheersing) mee te nemen.)
  • Aanleghoogte  + (Kruinhoogte van de waterkering onmiddellijk na het gereedkomen ervan.)
  • Strandsuppletie  + (Kunstmatig aanvullen van zand in een kustprofiel.)
  • Basiskustlijn  + (Kustlijn die in het kader van de kustlijnzorg zal worden gehandhaafd. In het algemeen de positie van de gemiddelde kustlijn op 1 januari 1990.)
  • Kwelwater  + (Kwelwater kan naar boven komen bij hoge waterstanden in een rivier. Het kwelwater komt dan onder de dijken door. Wanneer dit zich voordoet kan het de voorbode zijn van een dijkdoorbraak (zie ook piping en kwelweglengte).)
  • Rijksstrandpalenlijn  + (Langs de gehele kust gelegen referentielijn voor meetraaien (hoofdraai).)
  • Achterloopsheid  + (Lekstroom achter een constructie om.)
  • Kwelweglengte  + (Lengte van de kwelweg.)
  • Strijklengte  + (Lengte waarover de wind over het wateroppervlak strijkt.)
  • Buitenkruinlijn  + (Lijn die de overgang markeert tussen de kruin en het buitentalud, waarlangs de toetsing op hoogte plaatsvindt.)
  • Evenstandslijn  + (Lijn die weergeeft hoe plaatselijk een bepaalde waterstand kan ontstaan onder invloed van combinaties van de rivierafvoer en de hoogwaterstand te Hoek van Holland.)
  • Betrekkingslijn  + (Lijn die weergeeft welke waterstanden met gelijke overschrijdingsfrequentie aan twee peilstations met elkaar overeenkomen.)
  • Afslaglijn  + (Lijn in lengterichting van de kust die de afslagpunten verbindt.)
  • Uittreepunt  + (Locatie aan de landzijde waar kwelwater het eerst aan het oppervlak treedt.)
  • Randvoorwaardenlocatie  + (Locatie waarvoor de hydraulische randvoorwaarden worden gegeven.)
  • Stormopzet  + (Lokale waterstandverhoging als gevolg van de door de wind op een watermassa uitgeoefende kracht.)
  • Windopzet  + (Lokale waterstandverhoging als gevolg van de door de wind op een watermassa uitgeoefende kracht.)
  • Lokale opstuwing  + (Lokale waterstandverhoging ter plaatse van de waterkering als gevolg van obstakels in het rivierbed.)
  • Ondergrond  + (Met ondergrond wordt in de geologie, geofysica en fysische geografie bedoeld: al het gesteente dat zich onder het aardoppervlak bevindt.)
  • Drukstaafmethode  + (Methode om de stabiliteit van de dijk te benaderen onder inachtneming van de vervorming van het slappe grondpakket achter de dijk, dat hiertoe als een door druk belaste staaf wordt opgevat (opdrijven).)
  • Belastinggevallenmethode  + (Methode voor het vaststellen van de dijktafelhoogte uit de bepalende belastingscombinaties: waterstand Hoek van Holland, rivierafvoer en windsnelheid, zoals beschreven in de Leidraad voor het ontwerpen van rivierdijken, deel 2 - benedenrivierengebied(4).)
  • Duin  + (Min of meer aansluitende zandheuvels langs de kust, al dan niet door de natuur gevormd, die het waterkerend vermogen ontlenen aan de geometrie en de hoeveelheid zand binnen het dwarsprofiel.)
  • Dijktafelhoogte  + (Minimaal vereiste kruinhoogte, zoals aangegeven in de legger.)
  • Kwelweg  + (Mogelijk pad in de grond dat het kwelwater aflegt, van het intreepunt naar het uittreepunt.)
  • Morfologie  + (Morfologie (voluit geomorfologie), is de w
    Morfologie (voluit geomorfologie), is de wetenschap die zich bezighoudt met het beschrijven en ontstaan van de vormen aan het aardoppervlak. Voor een verklaring van de waargenomen vormen is het van belang om kennis te hebben van huidige processen, maar mogelijk ook van de processen die actief waren in het verleden. In dit opzicht is geomorfologie voor een belangrijk deel een historische wetenschap.
    elangrijk deel een historische wetenschap.)
  • Schade  + (Nadeel dat voor een persoon of een bepaald belang uit een gebeurtenis, handeling of handelswijze voortvloeit.)
  • Niet primaire waterkering  + (Niet-primaire waterkering. Door Gedeputeerde Staten wordt vastgesteld welke niet-primaire waterkeringen worden aangemerkt als regionale kering en aan welke criteria de regionale keringen dienen te voldoen.)
  • Regionale waterkering  + (Niet-primaire waterkering. Door Gedeputeerde Staten wordt vastgesteld welke niet-primaire waterkeringen worden aangemerkt als regionale kering en aan welke criteria de regionale keringen dienen te voldoen.)
  • Stijghoogte  + (Niveau tot waar het water zou stijgen in een peilbuis met filter ter plaatse van het punt; wordt uitgedrukt in meters waterkolom ten opzichte van een referentievlak.)
  • Niet-waterkerend object  + (Object dat in of op de waterkering aanwezig is, maar geen rol speelt in de functie en sterkte van de waterkering. Hierbij moet gedacht worden aan kabels en leidingen; bomen en begroeiing; bouwwerken en woningen.)
  • Maaswerken  + (Omvangrijk infrastructureel poject om de veiligheid in het stroomgebied van de Maas in Limburg, Noord-Brabant en Gelderland te verbeteren. Het project, gestart in 2006, bestaat uit twee delen: Zandmaas en Grensmaas.)
  • Waterbodem  + (Onder waterbodems wordt alle bodem die zic
    Onder waterbodems wordt alle bodem die zich onder het wateroppervlak bevindt verstaan. Nederland is een land vol water. De meeste van deze wateren worden van nature in de loop der tijd ondieper door sedimentatie van slib en plantenresten. Deze sedimentatie kan tot problemen leiden wanneer het water te ondiep wordt voor bijvoorbeeld een goede waterhuishouding of de scheepvaart. Lozingen op oppervlaktewater in het verleden, bijvoorbeeld industriën en riooloverstorten, en aanvoer van verontreinigingen via de grote rivieren uit het buitenland hebben er de afgelopen decennia voor gezorgd dat veel waterbodems matig tot sterk zijn verontreinigd.
    bodems matig tot sterk zijn verontreinigd.)
  • Coupure  + (Onderbreking in de waterkering voor de doorvoer van een (water)weg of spoorweg die bij hoge buitenwaterstanden afsluitbaar is.)
  • Binnenteen  + (Onderrand van het dijklichaam aan de binnendijkse zijde van de dijk (de overgang van dijk naar maaiveld).)
  • Buitenteen  + (Onderrand van het dijklichaam aan de buitendijkse zijde van de dijk (de overgang van dijk naar maaiveld en/of voorland).)
  • Grenslaag  + (Onderste deel van het afdekkende pakket. Bij hoogwater wordt de waterspanning in de grenslaag beïnvloed door de stijghoogte in de onderliggende aquifer.)
  • Kwelscherm  + (Ondoorlatende, in de regel verticale, constructie voor verlenging van de kwelweg.)
  • Buioscillaties  + (Onregelmatige schommelingen van het wateroppervlak met een wisselende periode die vooral bij zware storm optreden.)
HZ University of Applied Sciences
Rijkswaterstaat, Ministerie van Infrastructuur en Milieu
Projectbureau Zeeweringen
Waterschap Scheldestromen
Provincie Zeeland
Deltares