Stijl en spelling



Set VN link, Property name = Context, Property VN name = Context

Model link = EMM Stijl en spelling,

Result =

End Set VN link


Set VN link, Property name = Produces, Property VN name = Produces

Model link = EMM Stijl en spelling,

Result =

End Set VN link


Set VN link, Property name = Consumes, Property VN name = Consumes

Model link = EMM Stijl en spelling,

Result =

End Set VN link


Set VN link, Property name = Part of, Property VN name = Part of

Model link = EMM Stijl en spelling,

Result =

End Set VN link


Set VN link, Property name = Instance of, Property VN name = Instance of

Model link = EMM Stijl en spelling,

Result =

End Set VN link


Set VN link, Property name = Concerns, Property VN name = Concerns

Model link = EMM Stijl en spelling,

Result =

End Set VN link


Stijl[bewerken | brontekst bewerken]

Hieronder vind je een aantal aanwijzingen om te komen tot een eenheid in stijl van de pagina’s:

  • De tekst wordt opgedeeld in paragrafen. Wanneer je een nieuwe paragraaf begint hangt af van de tekst en laten we dus over aan de redacteuren. Het is moeilijk om daar universele richtlijnen voor te geven. In de wiki-tekst is een paragraaf alleen zichtbaar door in de invoer een witregel in te lassen: je geeft dus tweemaal een ‘enter’ om een nieuwe paragraaf te beginnen;
  • Een alinea is een teksteenheid met een kopje erboven en kan uit verschillende paragrafen bestaan. In principe moet een alinea als een zelfstandige tekst te begrijpen zijn;
  • Kopjes beginnen met een hoofdletter en de rest van de eventuele woorden van een kopje schrijf je met kleine letters;
  • Cursief gebruiken we bij namen van rapporten, boeken, (tv-)programma’s en dergelijke. Een vreemd woord, bijvoorbeeld uit een andere taal schrijf je de eerste keer cursief, bijvoorbeeld met een verklaring; daarna schrijf je het woord normaal;
  • Wees zuinig met het gebruik van vet in de tekst;
  • Gebruik voor verwijzingen in de tekst naar online documenten en websites linklabels die informatie geven over de achterliggende pagina’s, in plaats van labels als ‘klik hier’ of ‘deze pagina’ (Webrichtlijn 2.4.9).
  • Probeer de link altijd aan het einde van de zin te plaatsen, zodat de lezer de zin pas aan het einde ‘verlaat’.
  • Vermeld bij hyperlinks in een tekst, die naar een bestand (anders dan HTML) verwijzen, het bestandstype en bestandsomvang (na die hyperlink). Voorbeeld: Projectplan Aanpassing waterkering Perkpolder (PDF, 10 MB).
  • Gebruik bij Engelstalige tekst de Brits-Engelse spelling, niet de Amerikaanse.
  • Dubbele aanhalingstekens gebruikten we bij letterlijke citaten van personen of citaten uit rapporten of boeken.
  • Enkele aanhalingstekens gebruiken we om een woord te accentueren. Wees hier echter voorzichtig mee: te veel accenten geeft een lelijk woordbeeld. Zie ook onder cursief hierboven.
  • Gebruik een echte apostrof – ’ – en echte aanhalingstekens – “ ” – en – ‘ ’ – in plaats van – ' – en – " – (typemachine-typografie). Zie ook Wiki-mark-up.
  • Sluit een kop niet af met een punt.

Leesbaarheid[bewerken | brontekst bewerken]

Hieronder staat een aantal tips om de leesbaarheid van de tekst bevorderen.

  • Maak niet al te lange zinnen. Hoe meer woorden een zin bevat, des te moeilijker de zin is te lezen. Een eenvoudige zin heeft ongeveer tien woorden; een moeilijke zin meer dan 25. Alleen korte zinnen gebruiken is niet prettig leesbaar, wissel daarom lange en korte zinnen af.
  • Vermijd waar mogelijk jargon. Waarom moeilijk doen als het ook makkelijk gezegd kan worden?
  • Stop niet te veel informatie in een zin.
  • Geen afkortingen gebruiken in de tekst.
  • Maak zinnen met een rechte woordvolgorde: onderwerp, gezegde, lijdend voorwerp. Dus niet: Boeken had hij duizenden in zijn bezit. Maar: Hij had duizenden boeken in zijn bezit.
  • Vermijd de lijdende vorm en gebruik de bedrijvende vorm. Dus niet: De dijk wordt door het projectteam ontworpen. Maar: Het projectteam ontwerpt de dijk.
  • Vermijd bij voorkeur het woordje ‘men’. Vervang men door een meer specifieke beschrijving van het onderwerp.
  • Vermijd tangconstructies.
  • Hulpwerkwoorden als zullen en kunnen maken een zin moeilijker leesbaar. Als je ze weglaat, gaat de betekenis van de zin vaak niet verloren.

Aantrekkelijkheid van de tekst[bewerken | brontekst bewerken]

Deze punten helpen je om een tekst aantrekkelijker te maken:

  • Wissel langere zinnen en kortere zinnen af in de tekst. De tekst krijgt dan een meer dynamisch karakter en wordt daardoor beter leesbaar en aantrekkelijker.
  • Breng afwisseling aan in het soort zinnen, zoals mededelingen, vragen, beschrijvingen.
  • Vermijd ambtelijke taal en stijf taalgebruik, zoals thans, welke (in de betekenis van die, niettegenstaande, nochtans).
  • Zoek naar synoniemen als woorden zich gaan herhalen.
  • Gebruik beeldspraak.

Spelling[bewerken | brontekst bewerken]

Ten slotte nog een aantal aanwijzingen om tot een (bijna) foutloze tekst te komen:

  • Schrijf je tekst in Word en gebruik daarvan de automatische spellingscontrole.
  • Doe niet mee aan de zogenaamde ‘Engelse ziekte’: samenstellingen schrijf je in het Nederlands aan elkaar. Onze Taal biedt een pagina met achtergrondinformatie over het fenomeen samenstelling.
  • Aan elkaar of niet, gebruik van hoofdletters, leestekens… Als je het niet zeker weet zoek je het op. De website van Onze Taal biedt een uitstekende mogelijkheid om te zoeken naar taaladvies. Daarnaast biedt de Taalunie je de mogelijkheid om te zoeken in de Woordenlijst Nederlandse taal.
  • De HZ beschikt over ALLE woordenboeken van Van Dale. Digitaal! Vraag aan de mediatheek hoe je die kunt installeren op je laptop of PC. 








Referenties


Zie ook

HZ University of Applied Sciences
Rijkswaterstaat, Ministerie van Infrastructuur en Milieu
Projectbureau Zeeweringen
Waterschap Scheldestromen
Provincie Zeeland
Deltares