Begrazing is een beheermaatregel waarbij grazers worden ingezet om ervoor te zorgen dat de groei van vegetatie wordt tegengegaan. Omdat gras dan kort blijft, krijgen zeldzamere planten de kans om te groeien. In de Grevelingen is er vegetatiebeheer op de eilanden. Ook voorkom je met begrazing dat er bossen gaan groeien, omdat grote grazers zoals runderen de uitlopers van bomen eten. Hierdoor kunnen habitattypen die een open omgeving hebben behouden blijven. Begrazing heeft als nadeel dat tijdens het broedseizoen grote grazers dicht in de buurt van nesten van broedvogels komen, vooral runderen zijn een probleem. De runderen vertrappen en pletten de nesten, waardoor het broedsucces van kolonies drastisch vermindert. Om dit te voorkomen wordt er ook wel zogenoemde seizoensbegrazing ingezet. Seizoensbegrazing houdt in dat de grote grazers tijdens het broedseizoen worden weggehaald uit het gebied, waardoor de vogels zonder verstoring en in rust broeden. Hierdoor worden de broedvogels gespaard, maar stopt de groei van vegetatie niet. Om habitattypen te behouden is er meestal jaarrond begrazing nodig. Dit komt omdat er anders snel grote aantallen veelvoorkomende planten gaan groeien. De begrazing die jaarrond plaatsvindt is in de meeste gevallen door het inzetten van shetlanders of schapen. Deze soorten zijn lichter en kleiner dan de grote grazers en hebben dus een kleiner effect op hun omgeving. Ook worden op bepaalde habitattypen verschillende grazers ingezet. Op heide is schapenbegrazing erg effectief omdat ze de heide open houden. Als heide niet wordt begraasd, dan zou alles al snel dichtgroeien. De schapen eten gras zoals het pijpenstrootje tussen de heide weg en verorberen uitlopers van bomen voordat die de kans krijgen te groeien. Ook knabbelen ze aan de heidestruiken zelf, maar dit stimuleert de groei en is dus goed voor de heide (C. Wessel, 2018). Door de verschillende diëten van diverse soorten grazers is het een effectieve beheermaatregel om habitats open te houden.
Referenties
- Schapen en heide, Claudia Wessel, Staatsbosbeheer, 18 mei 2018.
