Set VN link, Property name = Context, Property VN name = Context
Model link = VM Ontwikkeling oeverflora
Result = VM Het Veerse Meer VN
End Set VN link
Set VN link, Property name = Produces, Property VN name = Produces
Model link = VM Ontwikkeling oeverflora
Result =
End Set VN link
Set VN link, Property name = Consumes, Property VN name = Consumes
Model link = VM Ontwikkeling oeverflora
Result =
End Set VN link
Set VN link, Property name = Part of, Property VN name = Part of
Model link = VM Ontwikkeling oeverflora
Result = VM Ontwikkeling flora en fauna VN
End Set VN link
Set VN link, Property name = Instance of, Property VN name = Instance of
Model link = VM Ontwikkeling oeverflora
Result =
End Set VN link
Set VN link, Property name = Concerns, Property VN name = Concerns
Model link = VM Ontwikkeling oeverflora
Result =
End Set VN link
De flora van de oevers van het Veerse Meer is zeer gevarieerd. In 1983 werden op de oevers 103 soorten gevonden, in 2003 met een andere meetmethode 79 soorten (Van der Pluijm & De Jong, 2003). De vegetatie is deels ingeplant en ingezaaid. De soortensamenstelling van de planten wordt grotendeels bepaald door de ontzilting van de bodem. De brakke tot zilte kwelder- en dwergstruwelengemeenschappen van deze gebieden zijn waardevol. Op het laaggelegen deel vindt men soortenrijke, natte, kalkrijke zogenaamde ‘schraallanden’ met zilte zegge, veenmossen, orchideeën en andere zeldzame soorten zoals rode oogentroost of zeealsem. Op de hogere delen groeit een kalkrijke duingraslandvegetatie. Hogere water- en moerasplanten ontbreken grotendeels als gevolg van het brakke water en het onnatuurlijke peilregime. De zoute plaatsen of oeverzones zijn vaak kaal of er is een schaarse begroeiing van zoute pionierplanten zoals zeekraal en schorrekruid. De ‘zoute pioniers’ worden opgevolgd door brakke soorten met schjjnspurrie, zilte rus en gewoon kweldergras als voornaamste soorten. Ze worden weer opgevolgd door een zoete graslandvegetatie op de wat hogere delen, met onder andere rood zwenkgras en Struisgras. Rietvelden vindt men vooral langs oevers waar op enkele meters diepte zoetwaterbellen voorkomen. Middelplaten, Goudplaat en Kwistenburg hebben de status van natuurreservaten. Deze gebieden kennen een beheer dat grotendeels bestaat uit extensieve begrazing met rundvee en paarden (Van Haperen & van Wijngaarden 1991). Verder is het foerageergebied voor brandganzen, rotganzen en andere vogels. Het brakke Veerse Meer heeft waardevolle brakke en zilte kwelder- en dwergstruwelen oevervegetaties. De aanwezige vegetatie wordt daarbij beïnvloed door het tegennatuurlijke peil van het Veerse Meer. Verder weg van het meer wordt de aanwezig vegetatie in de eerste plaats bepaald door het gebruik (landbouw, recreatie). Daarnaast speelt de afnemende invloed van het zout een rol (Holland et al. 2004).