Zeegras Aanplantgrootte en -dichtheid

Zeegras Aanplantgrootte en -dichtheid
Context Zeegras Experimenten met zeegrasherstel in de Waddenzee
Type Condition
Decompositie type IOR



Een hogere aanplantdichtheid bleek op beschutte plekken geen verschil in overleving op te leveren, terwijl dit op iets meer geëxponeerde plekken wel het geval bleek te zijn. De aanplantdichtheid van 14 planten m-2 (onderlinge afstand 30 cm) resulteerde in een grotere overleving dan de aanplantdichtheid van 5 planten m-2 (onderlinge afstand 50 cm). Hoogstwaarschijnlijk geven de planten elkaar beschutting tegen golfslag (de locaties verschillen echter ook in andere opzichten van elkaar). Hoe groter de planten, hoe groter deze mogelijke wederzijdse beschutting, die dus gedurende het groeiseizoen nog zou kunnen toenemen. Dit werd bevestigd in een stroomgootstudie die in samenwerking met het NIOO/CEME te Yerseke werd uitgevoerd. In de Oostzee bleek 20 cm onderlinge afstand tussen planten gunstiger dan 40 cm. Bij een te hoge dichtheid kan echter in de loop van het seizoen intraspecifische concurrentie voor ruimte optreden. Zo werd in een mesocosmexperiment bij een aanplantdichtheid van 64 versus 121 planten m-2 geen verschil in bedekking meer gevonden aan het einde van het groeiseizoen. De op het Balgzand gebruikt maximale dichtheid van 14 planten m-2 lijkt te gering om intraspecifische concurrentie veroorzaakt te hebben.

In 2004 werd een locatie getest of de kans op overleving van planten verhoogd werd als een groter aantal planten bij een dichtheid van 14 planten m-2 in één plot werd gezet. Het aantal zaailingen werd daartoe van 37 naar 61 per plot verhoogd. Echter, de overleving van planten in grote plots (61 planten) was gedurende het gehele seizoen niet significant hoger dan de overleving van die in plots met 37 planten. De getransplanteerde planten lijken er dus geen voordeel uit te halen als een plot uit meer dan 37 planten bestaat.

Conclusie

Overleving van planten, die blootstaan aan een gemiddelde of hoge waterdynamiek (met name golfslag), neemt toe bij hogere dichtheid van de planten (onderlinge afstand bij aanplant 30 versus 50 cm). Op beschut gelegen locaties met geringe waterdynamiek heeft de dichtheid van de planten geen effect op de overleving.

Aanplanteenheden van 37 planten vertoonden een gelijke overlevingskans van de planten als bij een groter aantal planten per eenheid. Daarom lijkt het overbodig om grotere aantallen per eenheid te transplanteren.





De View-Navigation (VN) pagina's.


De links naar andere pagina's.

Onderdeel van Zeegras Aanplanten zeegras in de Waddenzee
Instantie van
Betreft


De pagina's die linken naar deze pagina.

HZ University of Applied Sciences
Rijkswaterstaat, Ministerie van Infrastructuur en Milieu
Projectbureau Zeeweringen
Waterschap Scheldestromen
Provincie Zeeland
Deltares