Bepalen ammonium



Set VN link, Property name = Context, Property VN name = Context

Model link = Zeegras Bepalen ammonium

Result = Zeegras Restauratie en conservering van zeegras VN

End Set VN link


Set VN link, Property name = Produces, Property VN name = Produces

Model link = Zeegras Bepalen ammonium

Result =

End Set VN link


Set VN link, Property name = Consumes, Property VN name = Consumes

Model link = Zeegras Bepalen ammonium

Result =

End Set VN link


Set VN link, Property name = Part of, Property VN name = Part of

Model link = Zeegras Bepalen ammonium

Result = Zeegras Litoraal groot en klein zeegras VN

End Set VN link


Set VN link, Property name = Instance of, Property VN name = Instance of

Model link = Zeegras Bepalen ammonium

Result =

End Set VN link


Set VN link, Property name = Concerns, Property VN name = Concerns

Model link = Zeegras Bepalen ammonium

Result =

End Set VN link







Uit literatuur is bekend dat een hoge afgifte (flux) van ammonium uit de bodem giftig kan zijn voor groot zeegras. Voor klein zeegras is hierover weinig bekend, maar er wordt aangenomen dat deze soort vergelijkbaar reageert. Uit waterkwaliteitsmetingen in een aantal geulen in de Waddenzee komt naar voren dat deze ammoniumniveaus lokaal ook in de Waddenzee zouden kunnen voorkomen. Daarom is met behulp van het ecologisch model ECOWASP de ammoniumflux vanuit de bodem berekend in het voorjaar en de zomer (Bijlage B in .De Jong et al. (2005).). Hierbij werd de ammoniumflux met name gebaseerd op temperatuur (seizoen) en organischestofgehalte in de bodem. Hoe hoger beide parameters, hoe hoger de ammoniumflux. Bij de fluxberekening met het model werd slechts beperkt rekening gehouden met opname van ammonium door bodemdiatomeeën. Organische stof is meestal gebonden aan slibdeeltjes. Het organischestofgehalte werd daarom gebaseerd op het slibgehalte van de bodem. De hiervoor vereiste slibkaart werd gemaakt op basis van ca. 7000 bodemmonsters van de laag 0-10 cm. Om een gebiedsdekkende slibkaart te verkrijgen werd een relatie bepaald tussen slibgehalte en de combinatie van diepte, afstand tot de geul, golfenergie en stroomsnelheid (op basis van dezelfde golf- en stroomsnelheidsberekeningen die ook voor de zeegraskansenkaart zijn gebruikt). Voor verdere details van de berekeningen zie Bijlage B in .De Jong et al. (2005). Hoe een ammoniumflux uit de bodem vertaald moest worden naar ammoniumconcentraties in het water boven het wad waarin het zeegras groeit was niet helemaal duidelijk. Daarom werd de flux genomen als maatgevend. Ammonium werd niet als aparte parameter gebruikt omdat er een interactie is met het zoutgehalte. Deze interactie wordt nader toegelicht en gekwantificeerd in Interactie ammonium en zoutgehalte.(De Jong et al. 2005)



Referenties


HZ University of Applied Sciences
Rijkswaterstaat, Ministerie van Infrastructuur en Milieu
Projectbureau Zeeweringen
Waterschap Scheldestromen
Provincie Zeeland
Deltares