Visserij



Set VN link, Property name = Context, Property VN name = Context

Model link = GVZM Visserij

Result = GVZM Het Grevelingenmeer VN

End Set VN link


Set VN link, Property name = Produces, Property VN name = Produces

Model link = GVZM Visserij

Result =

End Set VN link


Set VN link, Property name = Consumes, Property VN name = Consumes

Model link = GVZM Visserij

Result =

End Set VN link


Set VN link, Property name = Part of, Property VN name = Part of

Model link = GVZM Visserij

Result = GVZM Waterbeheer van het Grevelingenmeer VN

End Set VN link


Set VN link, Property name = Instance of, Property VN name = Instance of

Model link = GVZM Visserij

Result =

End Set VN link


Set VN link, Property name = Concerns, Property VN name = Concerns

Model link = GVZM Visserij

Result =

End Set VN link









Foto: Loes de Jong

Op de Grevelingen vissen meerdere visserijbedrijven op aal en kreeft. In de jaren 1996 en 1997 zijn door de beroepsvisserij kreeften uitgezet in het Grevelingenmeer. De kreeftenpopulatie ontwikkelde zich daarna voorspoedig. Sinds 2002 mogen kreeften en krabben als bijvangst van de aalvisserij door beroepsvissers worden behouden.

Er zijn ruim 30 huurovereenkomsten voor oesterpercelen in de Grevelingen, met een totale oppervlakte van 550 hectare. Jaarlijks worden er zo’n 0,5 tot 1 miljoen stuks platte oesters opgevist uit de Grevelingen en ongeveer 7,5 miljoen stuks Japanse oesters. De productie van de platte oesters is sterk afgenomen door de ziekte Bonamiasis. In reactie daarop is de sector steeds meer overgeschakeld op de teelt van de Japanse oester die ongevoelig is voor deze ziekte, maar die ook minder opbrengt dan de Zeeuwse platte oester.

Volgens het Visstandbeheerplan voor het Grevelingenmeer oriënteert de beroepsvisserij op de Grevelingen zich vanwege de beperkingen voor de aalvisserij op andere mogelijkheden, zoals uitzet van en visserij op tarbot, invang van mosselzaad, oesterbroed en uitbreiding van de visserij op kreeft. Verwachting is dat de opbrengsten de komende jaren constant blijven.

Sterfte onder oesters in de zomermaanden (de paaitijd) is niet te voorkomen. In de Grevelingen kan dit als gevolg van de zuurstofloosheid echter grote vormen aannemen, zoals in de warme zomers van afgelopen jaren. Op sommige plaatsen leidt dit tot sterfte van circa 90% van de oesters. Zonder maatregelen om de waterkwaliteit te verbeteren, zal een dergelijk fenomeen de oesterteelt blijven bedreigen. Bron: Min. Infrastructuur en Milieu 2014

Visstand

In 2017 is een omvangrijk onderzoek naar de visstand op het Grevelingenmeer uitgevoerd. Daarbij is zowel de bodemgebonden vis als de pelagische vis in beeld gebracht (pelagische vissen leven in de open zee en kustwateren, veelal op enige afstand van de zeebodem). Het onderzoek is opgedeeld in twee fasen; voor- en najaar, om zodoende de jaarlijkse fluctuatie in beeld te brengen.

In totaal zijn 25 vissoorten aangetroffen. De soortensamenstelling bestaat volledig uit soorten die in een recent of verder verleden ook in het Grevelingenmeer zijn aangetroffen. Vooral in het voorjaar bevindt het hoogste aantal soorten zich in het westelijke deel van het Grevelingenmeer. Dit gebied staat onder directe invloed van de Brouwerssluis. Verschillen in het aantal soorten worden voornamelijk veroorzaakt door het aantal vissoorten dat tegen de bodem is aangetroffen (benthisch). Over het algemeen is het aantal soorten in de waterkolom lager dan het aantal soorten dat zich tegen de bodem bevindt. In het najaar is de soortenrijkdom meer gelijk verdeeld over het meer, waarbij de grootste aantallen in het gebied rondom de Flakkeese Spuisluis zijn aangetroffen.

De visstand in het Grevelingenmeer wordt gekenmerkt door redelijke aantallen (pelagische) vis, maar een relatief lage visbiomassa. In het voorjaar heeft de bestandsschatting een omvang van circa 5.000 stuks/ha en circa 14 kg/ha. In het najaar is de geschatte omvang 3.000 stuks/ha en 16 kg/ha. Het visbestand bestaat voornamelijk uit kleine vis. De visstand wordt gedomineerd door sprot en haring in het pelagische deel van de waterkolom en brakwatergrondel op de bodem van het meer (Hop 2017). Zie ook (Didderen et al. 2021).



Referenties


HZ University of Applied Sciences
Rijkswaterstaat, Ministerie van Infrastructuur en Milieu
Projectbureau Zeeweringen
Waterschap Scheldestromen
Provincie Zeeland
Deltares