Het suppleren van zand is een beheermaatregel die gunstig is vanwege verschillende redenen. Zandsuppleties zijn goed voor kustverdediging, het behoud van foerageer- en rustgebieden en het tegengaan van erosie. Vooral in de Oosterschelde zijn er zandsuppleties, vanwege de zogenoemde zandhonger. Zandhonger is ontstaan door de bouw van de Deltawerken. Door de Deltawerken is de stroming minder sterk waardoor de natuurlijke opbouw van zandplaten is verminderd. Vooral tijdens stormen verdwijnt er zand in de naastgelegen geulen, zand dat onvoldoende wordt afgezet tijdens de eb- en vloedcycli. Het netto resultaat is afname van de zandplaat. Omdat de zandplaten kleiner en lager worden, verzwakken duinen en dijken en lopen foerageer- en rustgebieden van dieren gevaar. Dit kan de staat van instandhouding voor verschillende instandhoudingsdoelstellingen aantasten. In de Oosterschelde zijn zandsuppleties daarom van groot belang. De Roggenplaat (de grootste zandplaat in de Oosterschelde), is zeer belangrijk voor trekvogels en rustende zeehonden. Door zandhonger wordt de voor de natuur zo belangrijke Roggenplaat steeds lager en kleiner (Begijn, P., 2019). Bij de suppleties wordt zand uit zee gewonnen en op de kust of zandplaat aangebracht (Zandsuppleties, WUR). Het is van groot belang dat de Roggenplaat in de toekomst ook bij hoog water nog steeds droogvalt zodat de foerageer- en rustgebieden worden behouden. In 2019 is dit deels gerealiseerd door middel van 1,3 miljoen kuub zand te suppleren op de Roggenplaat.
Referenties
- Zandsuppletie Roggenplaat, Begijn, P., Natuurmonumenten, 1 oktober 2019.
- Zandsuppleties, WUR Zandsuppleties, Wageningen Marine Research, 13 april 2023.
