Zorgen voor schoon en gezond water



Set VN link, Property name = Context, Property VN name = Context

Model link = RWS Zorgen voor schoon en gezond water,

Result =

End Set VN link


Set VN link, Property name = Produces, Property VN name = Produces

Model link = RWS Zorgen voor schoon en gezond water,

Result =

End Set VN link


Set VN link, Property name = Consumes, Property VN name = Consumes

Model link = RWS Zorgen voor schoon en gezond water,

Result =

End Set VN link


Set VN link, Property name = Part of, Property VN name = Part of

Model link = RWS Zorgen voor schoon en gezond water,

Result =

End Set VN link


Set VN link, Property name = Instance of, Property VN name = Instance of

Model link = RWS Zorgen voor schoon en gezond water,

Result =

End Set VN link


Set VN link, Property name = Concerns, Property VN name = Concerns

Model link = RWS Zorgen voor schoon en gezond water,

Result =

End Set VN link








Figuur 1: Monitoring waterkwaliteit (foto: Henri Cormont).

De kerntaak schoon en (ecologisch) gezond water is een belangrijke randvoorwaarde voor een aantrekkelijke leefomgeving en gebruiksfuncties zoals natuur, zwemwater, drinkwater, recreatie en visserij. Schoon en gezond water gaat over de chemische kwaliteit, de fysisch-chemische kwaliteit, de hydromorfologische kwaliteit en de biologische kwaliteit.

Chemische kwaliteit gaat over de concentraties ‘milieuvreemde’ stoffen in het water in vergelijking met een niet schadelijk niveau (de milieukwaliteitseis). Bij de fysisch-chemische kwaliteit gaat het om stoffen die van nature in het watersysteem voorkomen zoals zuurstof, chloride, fosfaat en stikstof, en om parameters zoals temperatuur. Een zo natuurlijk mogelijk niveau is daarvoor het doel. Bij een goede hydromorfologische toestand (vorm, inrichting en stroming) bieden bodem en oever goede levenskansen voor aquatische levensgemeenschappen. Het daadwerkelijk voorkomen van kenmerkende soorten dieren en planten in bepaalde dichtheden bepaalt de biologische kwaliteit.

‘Schoon en gezond water’ raakt aan de kerntaak ’voldoende water’. Bij lage afvoeren ontstaan sneller problemen met de waterkwaliteit zoals hoge watertemperaturen, lagere zuurstofgehalten, hogere gehalten aan chloride en nutriënten, omdat er te weinig water is voor doorspoeling en verdunning.

Uitgangspunten en doelstellingen

Schoon en gezond water is één van de kerntaken van Rijkswaterstaat. De Europese Kaderrichtlijn Water (KRW) vereist dat alle oppervlaktewaterlichamen in 2015 voldoen aan een goede chemische en een goede ecologische toestand of een goed ecologisch potentieel. De KRW hanteert hiervoor een vergelijkbaar begrippenkader als hierboven, maar heeft een iets andere indeling.

Voor de chemische toestand gelden de milieukwaliteitseisen uit de Richtlijn prioritaire stoffen. Met een goede onderbouwing is het toegestaan de doelen niet in 2015, maar in 2021 of uiterlijk in 2027 te bereiken. De KRW kent hiervoor een aantal uitzonderingen. Waar de doelen nog niet zijn bereikt, voorziet het Bprw in aanvullende maatregelen om deze op termijn te halen.

De rijkswateren zijn op grond van de KRW ingedeeld in 51 waterlichamen. De KRW schrijft voor om een register op te stellen van beschermde gebieden. Een samenvatting daarvan is opgenomen in de stroomgebiedbeheerplannen. De beschermde gebieden in het register zijn de gebieden die een beschermde status hebben op grond van de Zwemwaterrichtlijn, de Vogelrichtlijn en/of Habitatrichtlijn (Natura 2000), de voormalige Schelpdierwaterrichtlijn, of de waterlichamen waar onttrekking van oppervlaktewater plaatsvindt voor de productie van drinkwater. In al deze gebieden gelden aanvullende eisen voor de waterkwaliteit en/of de andere gebruiksfuncties.

Voor de Noordzee is de Europese Kaderrichtlijn Mariene Strategie (KRM) van belang. Deze richtlijn vraagt om een goede milieu toestand in 2020. De afgelopen planperiode heeft het Rijk de initiële beoordeling, de goede milieutoestand, de milieudoelen en het monitoringsprogramma vastgesteld. Via de Beleidsnota Noordzee is in 2015 het eerste maatregelenprogramma voor de KRM vastgesteld. In 2016 moet het programma operationeel zijn.

Behalve de KRW en KRM zijn ook andere Europese richtlijnen en internationale verdragen relevant voor de chemische en ecologische kwaliteit van de rijkswateren. Voor de Noordzee zijn dat met name de afspraken in het kader van OSPAR. Bij de implementatie van de KRM is gebruik gemaakt van de milieubeoordelingscriteria die eerder in OSPAR-verband zijn ontwikkeld.

Het Nationaal Waterplan 2016-2021 kondigt een intensivering aan van de regie op het verbeteren van de waterkwaliteit. Het kabinet hecht groot belang aan het halen van de ecologische en chemische KRW-doelstellingen in 2027 en aan het bestrijden van opkomende stoffen die de chemische waterkwaliteit beïnvloeden, zoals medicijnen en microplastics. De basis hiervoor is de zogenoemde ’Verklaring van Amersfoort’ (27 mei 2015), waarin het Rijk en alle betrokken partijen hebben aangegeven met welke intentie en in welke rol zij willen bijdragen aan de gezamenlijke aanpak van de opgaven voor schoon en voldoende water. Gezamenlijk wordt een werkprogramma waterkwaliteit opgesteld om het bestaande beleid goed uit te voeren en om een impuls te geven aan de aanpak van opkomende stoffen.

Rol en taak van Rijkswaterstaat

Rijkswaterstaat is verantwoordelijk voor de waterkwaliteit in de rijkswateren. Het beheer richt zich op het realiseren van schoon en gezond water in het eigen beheergebied. De voornaamste instrumenten hiervoor zijn vergunningverlening en handhaving, en maatregelen voor herstel en inrichting. Daarnaast is Rijkswaterstaat verantwoordelijk voor beheer en onderhoud, watermanagement, monitoring en informatievoorziening, en crisismanagement. Voor het verder verbeteren van de chemische waterkwaliteit werkt Rijkswaterstaat samen met andere waterbeheerders. Samen vervullen zij ook een signalerende en agenderende rol richting het (inter)nationale beleid.

Met het van kracht worden van de Europese Kaderrichtlijn Water (KRW) is het zwaartepunt van schoon en gezond water verschoven naar de inrichting van het watersysteem. Zo realiseert Rijkswaterstaat een goede ecologische toestand of een goed ecologisch potentieel in de rijkswateren. Dat is een belangrijke voorwaarde voor het bestaan van ‘natuur’ in de vorm van specifieke soorten en habitats. Of deze soorten en habitats werkelijk aanwezig zijn, is ook afhankelijk van andere aspecten, zoals klimaatverandering en de natuurlijke dynamiek van het watersysteem.

Als uitvoeringsorganisatie van het Ministerie van IenM werkt Rijkswaterstaat ook aan een duurzame leefomgeving. Zo kan het sluiten van materiaalkringlopen bijdragen aan het verminderen van directe en diffuse emissies van verontreinigende stoffen.




Referenties


HZ University of Applied Sciences
Rijkswaterstaat, Ministerie van Infrastructuur en Milieu
Projectbureau Zeeweringen
Waterschap Scheldestromen
Provincie Zeeland
Deltares