Context VN set links: model = VI Achtergrondinformatie vitale infrastructuur
Set VN link, Property name = Supercontext, Property VN name = Supercontext
Model link = VI Achtergrondinformatie vitale infrastructuur
Result = VI Waterveiligheid en vitale infrastructuur in Zeeland VN
End Set VN link
Het landelijk waterveiligheidsbeleid was eerder steeds gebaseerd op het principe om overstromingen te voorkomen. Vanuit het besef dat 100% veiligheid niet langer kan worden gegarandeerd, ook niet door het stelselmatig ophogen van waterkeringen, is het beleid veranderd in meerlaagsveiligheid. Meerlaagsveiligheid is gericht op verschillende typen maatregelen per ‘laag’. De drie lagen zijn:
In dit project is nieuwe kennis ontwikkeld voor medewerkers waterveiligheid, ruimtelijke ordening en economie, wegenbeheerders, crisismanagers en beleidsadviseur brandweer. Alle medewerkers zijn werkzaam in de tweede én derde veiligheidslaag, waardoor de ontwikkelde kennis duurzaam doorwerkt in de uitoefening van hun dagelijkse taken en diensten. Dit project verbindt dan ook uitdrukkelijk beide veiligheidslagen.
Tegelijkertijd werken de resultaten van het project direct door in de dagelijkse beroepspraktijken van GGD Zeeland, Politie Zeeland West Brabant Bureau Conflict‐ en Crisis Beheersing (actoren in het subsysteem Sociaal Kapitaal van het HZ 4 + 1 model), TenneT TSO B.V., Evides Waterbedrijf en Enduris B.V. (voorheen Delta Netwerkbedrijf B.V.) doordat zij met de nieuwe kennis over cascade‐effecten proactief maatregelen kunnen ontwikkelen om de impact van een verstoring zo klein als mogelijk te laten zijn.
Onder vitale infrastructuur verstaan we:
“(..) producten, diensten en de onderliggende processen die van essentieel belang zijn voor het dagelijkse leven van de meeste mensen in Nederland. Als deze infrastructuur uitvalt, kan dat grootschalige maatschappelijke ontwrichting veroorzaken, doordat er veel slachtoffers kunnen vallen en/of omdat het herstel lang kan duren en er geen reële alternatieven voorhanden zijn, terwijl we deze producten en diensten niet kunnen missen” (Anon. (1) 2005).
Omdat de gevolgen van uitval van een of delen van de vitale infrastructuur in een samenleving zeer ernstig kunnen zijn, vraagt de bescherming daarvan extra aandacht. Om deze vitale infrastructuren te duiden is er in 2004 door het ministerie (Anon. 2004) een indeling op hoofdlijnen gemaakt bestaande uit twaalf vitale sectoren: Energie, Telecommunicatie/ICT, Drinkwater, Voedsel, Gezondheid, Financieel, Keren en Beheren oppervlaktewater, Openbare Orde en Veiligheid, Rechtsorde, Openbaarbestuur & Diplomatie, Defensie en Transport. Op basis hiervan is in 2005 de eerste inhoudelijke analyse uitgevoerd, waarbij per sector onder meer is nagegaan welke producten en diensten vitaal zijn voor het functioneren van de maatschappij (Anon. (2) 2005). Dit heeft in 2005 geleid tot een lijst van uiteindelijk 33 producten en diensten welke als vitaal proces of/en dienst zijn benoemd, die in 2009 en 2015 weer zijn herijkt (Anon. 2009; Addae 2015). Zie tabel 1.
Het Deltaprogramma (Anon. 2014), dat tot doel heeft de waterveiligheid, de zoetwatervoorziening en de ruimtelijke inrichting in 2050 klimaatbestendig en waterrobuust te laten zijn, heeft in 2015 aangegeven dat vanuit het perspectief van overstromingsrisico’s niet al deze onderdelen relevant zijn. Daarom heeft het Deltaprogramma een eigen lijst gemaakt (zie tabel 2). Het belangrijkste verschil met de lijst van BZK is de term ‘sectoren’ die verwarrend bleek te zijn omdat deze term wordt gebruikt voor zowel de vitale en kwetsbare functies zelf, als voor de (netwerk)bedrijven die deze functies uitvoeren of hun koepelorganisaties. Het Deltaprogramma kiest daarom voor de term ‘functies’ omdat die zowel gebruikt kan worden voor de hoofdcategorieën als voor de subonderdelen hiervan.
Sector | Product, dienst of locatie | Processen | Cat. |
---|---|---|---|
Energie | Electriciteit | Landelijk transport en distributie electriciteit | A |
Regionale distributie electriciteit | B | ||
Aardgas | Gasproductie, Landelijk transport en distributie gas | A | |
Regionale distributie gas | B | ||
Olie | Olievoorziening | A | |
ICT/Tel | Internettoegang en dataverkeer | PM | |
Spraakdiensten (mobiel en vast) | |||
Satelliet | |||
Tijd- en plaatsbepaling (satelliet) | |||
Drinkwater | Drinkwater | Drinkwatervoorziening | A |
Water | (Deel van de) primaire en regionale waterkeringen | Keren en beheren waterkwantiteit | A |
Transport | Mainport Schiphol | Vlucht- en vliegtuigafhandeling | B |
Mainport Rotterdam | Scheepvaartafwikkeling | B | |
Chemie | (Petro)chemische industrie | Grootschalige productie en verwerking en/of opslag (petro)chemische stoffen | B |
Nucleair | Nucleaire industrie | Opslag, productie en verwerking nucleair materiaal | A |
Financieel | Betalingsverkeer | Toonbankbetalingsverkeer | B |
Massaal giraal betalingsverkeer | B | ||
Hoogwaardig betalingsverkeer tussen banken | B | ||
Effectenverkeer | B | ||
OOV | Handhaving van de openbare orde en veiligheid | Communicatie met en tussen hulpdiensten met behulp van 112 en C2000 | B |
Inzet politie | B | ||
Openbaar Bestuur | Digitale overheid | Beschikbaarheid van betrouwbare basisinformatie over personen en organisaties, informatie-uitwisseling van basisinformatie en beschikbaarheid van datasystemen waarvan meerdere overheidsorganisaties voor hun functioneren afhankelijk zijn | B |
1 | Energie | Electriciteit |
Aardgas | ||
Olie | ||
2 | Telecom/ICT | Basisvoorziening voor communicatie t.b.v. respons bij een overstroming |
Publiek netwerk | ||
3 | Drinkwater (waterketen) | Drinkwater |
Afvalwater | ||
4 | Gezondheid | |
5 | Keren en beheren oppervlaktewater | |
6 | Transport | Hoofdwegennet |
7 | Chemisch en nucleair | Chemie |
Nucleair | ||
Infectieuze stoffen inclusief genetisch gemodificerde organismen (ggo’s) |