Respons


Context VN set links: model = VI Respons


Set VN link, Property name = Supercontext, Property VN name = Supercontext

Model link = VI Respons

Result =

End Set VN link








Responsmaatregelen zijn maatregelen in de aanloop naar en tijdens de overstroming. Onderstaand volgen puntsgewijs per handelingsperspectief een aantal geïdentificeerde maatregelen. Deze maatregelen zijn zo veel mogelijk geclusterd per vitale sector.

Maatregelen

Elektra en andere gevoelige assets

  • Midden-spanningsnet omschakelen of met noodaggregaten voeden.
  • De opzet van smart-grids, een modulaire opzet van assets kan de cascade keten reduceren en inperken.
  • Tijdelijke en flexibele waterkering aanleggen bij een dreigende situatie voor kwetsbare installaties. Noodmaatregel bij dreiging (respons) vereist ook oefenen.

Gas

  • Indien er een verstoring optreedt in het gasnet dan kan dit in een aantal stappen afgeschakeld worden om verdere gevolgen te beperken: 1) afsluiten gasnet lage druk; 2) in blokken hoge druk gasnetten afschakelen; 3) schakelen tussen hoge druk gasnetten om zoveel mogelijk te blijven voorzien.

Telecom & ICT

  • Detailanalyses uitvoeren voor inzicht in beschikbare communicatiemiddelen.

Openbare orde en Veiligheid

  • Inzicht in mogelijkheden tot omrijden/omvaren (analyse beschikbare wegen) voor hulpverlening.
  • Niet veilige wegen/spoorwegen moeten worden afgezet, vervolgens kan geïnspecteerd en vervolgens vrij gegeven worden indien veilig.
  • Niet geheel Reimerswaal hoeft ontruimd te worden, alleen overstroomde deel. Dit maakt zonering mogelijk
  • Communicatie tussen organisaties in crisisbeheersing stroomlijnen zodat respons effectief kan functioneren. Specifiek: samenwerking in crisis centrum bij GRIP 4-5, samenwerking met techneuten en verantwoordelijken voor afzetten van wegen.

Transport

  • Stabiliteit van spoor en wegen moeten zo spoedig mogelijk kunnen worden onderzocht zodat deze vrij gegeven kunnen worden of zwakke plekken opgespoord kunnen worden voor herstel.
  • Niet veilige wegen/spoorwegen moeten worden afgezet, vervolgens kan geïnspecteerd en vervolgens vrij gegeven worden indien veilig.

Crisisbeheersing

  • Rekening houden met cascade-effecten bij het organiseren en verdelen van noodmaterialen, zoals generatoren, communicatie middelen en vervoersmiddelen. Met oog op crisisbeheersing hebben partijen als Veiligheidsregio Zeeland, Waterschap Scheldestromen en Evides al veel maatregelen genomen en afspraken gemaakt. Cascade-effecten zijn hierbij echter nog beperkt in beeld (Schellekens 2019). Cascade-effecten zijn een factor om rekening mee te houden bij het prioriteren van de inzet van noodmateriaal.
  • Voor prioritering waar noodmateriaal in te zetten dient crisisbeheersing leidend te zijn. Voorafgaand regelen ter bevordering snel handelen op moment dat het nodig is van groot belang. Er is meer analyse nodig voor samenloop noodvoorzieningen (wanneer voldoende?).
  • BRZO-bedrijven analyseren reeds directe effecten van overstroming in relatie tot effecten en maatregelen eigen inrichting. Potentiële (keten)effecten van productiestops bij overstroming zijn voor zover bekend nog niet door bedrijven gekwantificeerd.
  • Landelijke zijn nood assets zoals nood zendmasten en generatoren beschikbaar die kunnen worden ingezet om herstel te versnellen en verbeteren.
  • Evacuatie: besluitvorming bij dreiging, niet alleen nagaan hoe te handelen bij impact, maar ook als impact meevalt (draagvlak, vertrouwen). Organisatievraagstuk evacuatie en in het bijzonder beschikbaarheid werknemers veiligheidsdiensten.

Zelfvoorziening

  • Zelfvoorziening door burgers en bedrijven om impact te beperken. Zelfvoorzienendheid: voor bedrijven zijn er wettelijke verplichtingen, voor burgers momenteel niet.
  • De niet zelfredzame burgers in kaart brengen en bedenken hoe deze burgers toch op een veilige plek kunnen geraken voor of tijdens een overstroming. Preventief voor de overstroming al bepaalde groepen mensen evacueren, dit kunnen zorgvragers zijn of vooraf een geselecteerde groep uit de regio. De groep van thuiswonende niet zelfredzame burgers is momenteel slecht in beeld (Weij 2019).



Referenties



Lege strings zijn niet toegestaan.









Responsmaatregelen zijn maatregelen in de aanloop naar en tijdens de overstroming. Onderstaand volgen puntsgewijs per handelingsperspectief een aantal geïdentificeerde maatregelen. Deze maatregelen zijn zo veel mogelijk geclusterd per vitale sector.

Maatregelen

Elektra en andere gevoelige assets

  • Midden-spanningsnet omschakelen of met noodaggregaten voeden.
  • De opzet van smart-grids, een modulaire opzet van assets kan de cascade keten reduceren en inperken.
  • Tijdelijke en flexibele waterkering aanleggen bij een dreigende situatie voor kwetsbare installaties. Noodmaatregel bij dreiging (respons) vereist ook oefenen.

Gas

  • Indien er een verstoring optreedt in het gasnet dan kan dit in een aantal stappen afgeschakeld worden om verdere gevolgen te beperken: 1) afsluiten gasnet lage druk; 2) in blokken hoge druk gasnetten afschakelen; 3) schakelen tussen hoge druk gasnetten om zoveel mogelijk te blijven voorzien.

Telecom & ICT

  • Detailanalyses uitvoeren voor inzicht in beschikbare communicatiemiddelen.

Openbare orde en Veiligheid

  • Inzicht in mogelijkheden tot omrijden/omvaren (analyse beschikbare wegen) voor hulpverlening.
  • Niet veilige wegen/spoorwegen moeten worden afgezet, vervolgens kan geïnspecteerd en vervolgens vrij gegeven worden indien veilig.
  • Niet geheel Reimerswaal hoeft ontruimd te worden, alleen overstroomde deel. Dit maakt zonering mogelijk
  • Communicatie tussen organisaties in crisisbeheersing stroomlijnen zodat respons effectief kan functioneren. Specifiek: samenwerking in crisis centrum bij GRIP 4-5, samenwerking met techneuten en verantwoordelijken voor afzetten van wegen.

Transport

  • Stabiliteit van spoor en wegen moeten zo spoedig mogelijk kunnen worden onderzocht zodat deze vrij gegeven kunnen worden of zwakke plekken opgespoord kunnen worden voor herstel.
  • Niet veilige wegen/spoorwegen moeten worden afgezet, vervolgens kan geïnspecteerd en vervolgens vrij gegeven worden indien veilig.

Crisisbeheersing

  • Rekening houden met cascade-effecten bij het organiseren en verdelen van noodmaterialen, zoals generatoren, communicatie middelen en vervoersmiddelen. Met oog op crisisbeheersing hebben partijen als Veiligheidsregio Zeeland, Waterschap Scheldestromen en Evides al veel maatregelen genomen en afspraken gemaakt. Cascade-effecten zijn hierbij echter nog beperkt in beeld (Schellekens 2019). Cascade-effecten zijn een factor om rekening mee te houden bij het prioriteren van de inzet van noodmateriaal.
  • Voor prioritering waar noodmateriaal in te zetten dient crisisbeheersing leidend te zijn. Voorafgaand regelen ter bevordering snel handelen op moment dat het nodig is van groot belang. Er is meer analyse nodig voor samenloop noodvoorzieningen (wanneer voldoende?).
  • BRZO-bedrijven analyseren reeds directe effecten van overstroming in relatie tot effecten en maatregelen eigen inrichting. Potentiële (keten)effecten van productiestops bij overstroming zijn voor zover bekend nog niet door bedrijven gekwantificeerd.
  • Landelijke zijn nood assets zoals nood zendmasten en generatoren beschikbaar die kunnen worden ingezet om herstel te versnellen en verbeteren.
  • Evacuatie: besluitvorming bij dreiging, niet alleen nagaan hoe te handelen bij impact, maar ook als impact meevalt (draagvlak, vertrouwen). Organisatievraagstuk evacuatie en in het bijzonder beschikbaarheid werknemers veiligheidsdiensten.

Zelfvoorziening

  • Zelfvoorziening door burgers en bedrijven om impact te beperken. Zelfvoorzienendheid: voor bedrijven zijn er wettelijke verplichtingen, voor burgers momenteel niet.
  • De niet zelfredzame burgers in kaart brengen en bedenken hoe deze burgers toch op een veilige plek kunnen geraken voor of tijdens een overstroming. Preventief voor de overstroming al bepaalde groepen mensen evacueren, dit kunnen zorgvragers zijn of vooraf een geselecteerde groep uit de regio. De groep van thuiswonende niet zelfredzame burgers is momenteel slecht in beeld (Weij 2019).



Referenties


HZ University of Applied Sciences
Rijkswaterstaat, Ministerie van Infrastructuur en Milieu
Projectbureau Zeeweringen
Waterschap Scheldestromen
Provincie Zeeland
Deltares