BM Sedimenteigenschappen | |
---|---|
Context | BM Buitendijkse maatregelen Westerschelde |
Type | Condition |
Decompositie type | IOR |
De benthische macrofaunasoorten maken een essentieel onderdeel uit van het intergetijden-ecosysteem. Ze vormen niet alleen een belangrijke prooi voor vogels en vissen, maar als ecosysteem-ingenieurs hebben ze een grote invloed op het sediment. De interacties tussen de benthische macrofauna en het sediment variëren aanzienlijk in ruimte en tijd. Ze hangen af van de verspreiding en het gedrag van de soorten en de lokale milieuomstandigheden zoals de samenstelling van het sediment. De sterkte van deze interacties is op haar beurt bepalend voor de ecosysteemdiensten die de intergetijden-ecosystemen leveren. Sommige sedimentkenmerken, zoals korrelgrootte en slibgehalte, zijn uitvoerig onderzocht op de correlatie met het voorkomen van soorten en de effecten op het gedrag van benthische macrofauna. Een sedimentkenmerk waarvan het effect op bentische macrofauna niet bekend is, is de volumedichtheid van sedimenten, een indicator van zowel sedimentverdichting als watergehalte. De volumedichtheid (bulkdensity) is het drooggewicht van het sediment gedeeld door het natte volume en is een indicator van zowel het watergehalte als de sedimentverdichting (Grabowski et al. 2011).
Wiesebron et al. (2021) onderzochten het effect van sedimentdichtheid op de graafsnelheid, graafdiepte, bioturbatie-activiteit en zuurstofverbruik van tweekleppigen (Limecola balthica, Scrobicularia plana, en Cerastoderma edule) en polychaeten (Hediste diversicolor en Arenicola marina) met behulp van een experiment in een mesocosm gedurende 29 dagen. Ze vergeleken vier verschillende sedimenten: twee sedimenten met verschillende korrelgrootteklassen (zandig en modderig) met twee volumedichtheden (compact en zacht). Over het algemeen had de volumedichtheid een sterk effect op het gedrag van de benthische macrofauna. De benthische macrofauna groef zich sneller in en de bioturbatie was intensiever in zachte sedimenten met lage bulkdichtheid, ongeacht de korrelgrootte. Bovendien groef L. balthica zich dieper in in sedimenten met een lage volumedichtheid. Ten slotte vonden de onderzoekers dat grotere tweekleppigen (zowel C. edule als S. plana) zich langzamer ingroeven in compacte sedimenten dan de kleinere. Deze studie toont aan dat benthische macrofaunasoorten hun gedrag op subtiele maar belangrijke wijze veranderen onder verschillende dichtheden van het sediment, wat een invloed kan hebben op interacties en de biogeomorfologie van het slik. De conclusie is dat een lagere volumedichtheid leidt tot meer activiteit van de macrofauna en omwoeling van het sediment.
De View-Navigation (VN) pagina's.
De links naar andere pagina's.
Onderdeel van | BM Vergroting intergetijdegebied door aanleg van strekdammen |
---|---|
Instantie van | |
Betreft |
De pagina's die linken naar deze pagina.
Dit element heeft geen subelementen.
Komt van | Type | Connectie type | Conditie | Waarde | Opmerkingen |
---|---|---|---|---|---|
BM Aanslibbing | Contributes | +/- | |||
BM Morfologische ontwikkeling | Contributes | +/- | |||
BM Ontwikkeling van bodemleven | Depends |