Inleiding
Onder telecom verstaan we het netwerk van vaste en mobiele telecommunicatie bestaande uit telefonie en internet. Als het netwerk (deels) uitvalt, raken telefoon- en dataverkeer verstoord of zijn niet meer mogelijk. Telecommunicatie is sterk verweven met andere vitale en economische sectoren. De omvang van cascade-effecten hangt af van de omvang van de verstoring en redundantie in het netwerk en van de mate waarin gebruikers voor hun primaire processen van telecom afhankelijk zijn. Bijvoorbeeld transformatorstations, gemalen, bruggen en waterkeringen kunnen niet meer (op afstand) bediend worden. Het wegverkeer kan niet meer op afstand geregeld worden, treinverkeer valt uit evenals de communicatie tussen hulpdiensten (C2000), mensen kunnen onderling niet meer communiceren (telefoon, sociale media), niet meer online geïnformeerd worden door de media (websites, apps) of gewaarschuwd worden door de overheid (NL Alert). Voor telecomaanbieders staat de continuïteit van de dienstverlening voorop. Zo zijn netwerkelementen en elektriciteitskabels dubbel uitgevoerd of staat er per groep apparaten een reserveapparaat en nood-stroomvoorziening klaar.
Algemene beschrijving van assets
.png)
Figuur 1: Assets telecom netwerk (telecomabc.nl)
Figuur 1 bevat een schematische weergave van het telecomnetwerk. Het telecomnetwerk is in beheer bij KPN en bestaat uit twee delen. De backbone- en het accessnetwerk. De backbone bestaat uit hogesnelheidsverbindingen die de verschillende delen van een netwerk met elkaar verbinden. Eindgebruikers zijn met de backbone verbonden via het accessnetwerk dat bestaat uit wijkkasten, straatkasten voor vaste telecom en zendmasten voor mobiele telecom.
Via de vaste lijn belt een eindgebruiker in op een straatkast. Hier zit de Public Switched Telephone Network (PSTN) die het analoge signaal omzet naar digitaal signaal. In een wijkkast worden de digitale signalen gebundeld en in hogere verkeersstromen via een transitcentrale met de backbone verbonden (telecomabc.nl).
De zendmasten verzorgen mobiele telefonie en internet via GSM, UMTS, LTE of andere verbindingstechnieken. Een mobiele abonnee maakt in het veld verbinding met het basisstation dat de communicatie verzorgt tussen de mobiele gebruiker en het vaste deel van het mobiele netwerk. Via het basisstation op de mast gaat het signaal naar een Mobiele Schakel Centrale (MSC) die de mobiele abonnee en de beller of gebelde via de backbone met elkaar verbindt (telecomabc.nl).
Door gevoeligheid van onderdelen zoals koperen leidingen, voedingen en de over het algemeen laaggelegen wijk- en straatkasten is de mogelijke impact van uitval van telecom groot. Op hoofdlijnen worden vier vormen van uitval onderscheiden (Royal Haskoning DHV, 2012):
- Uitval van een deel van het netwerk, onder andere als gevolg van de beschadiging van knooppunten, wijkcentrales en randapparatuur bij zendmasten.
- Overbelasting (telefonie): bij een te grote vraag ontstaan problemen in het functioneren van het netwerk.
- Uitval van elektriciteit: alle objecten in het telecomnetwerk zijn afhankelijk van elektriciteit.
- Beschadiging van glasvezelkabels door overstroming: Aangezien deze glasvezelkabels gevoelig zijn voor water, zullen zij vervangen moeten worden na een (langdurige) overstroming.
De situatie in Reimerswaal
Voor de vaste telefonie en internet staan 4 wijkcentrales en 34 straatkasten in Reimerswaal. Alle assets staan in dijkring 31, met uitzondering van 1 straatkast die in dijkring 33 staat. De meeste kasten staan in bebouwd gebied. In de analyse is uitgegaan van kritieke waterdiepten van 60 cm en 30 cm voor respectievelijk wijkcentrales en straatkasten. Ten behoeve van de mobiele communicatie staan er 66 telecommasten, waarvan 46 in dijkring 31 en 10 in zowel dijkring 30 als 33. Hiervan zijn 20 masten 2G (7 GSM 1800, 13 GSM 900), 25 masten 3G (LTE) en 21 masten 4G (UMTS). Daarnaast zijn er 3 C2000 masten die alle in dijkring 31 staan. De antennes hangen vaak op ongeveer 30 meter boven maaiveld. De energievoorziening en het ‘base control center’ zijn vaak op het maaiveld geplaatst, maar in sommige gevallen ook hoger (bijvoorbeeld op het dak van een pand). Dit is echter niet bekend. In de analyse is vooralsnog uitgegaan dat deze onderdelen in alle gevallen op maaiveld staan. De kritieke waterdiepte is daarom op 30 cm gesteld (Pers. Comm., Jansen 2017). Figuur 2 geeft een aantal voorbeelden van assets.
Effecten overstroming
De effecten van een overstroming worden beschreven op de volgende pagina
Referenties
- Analyse waterrobuuste inrichting; voor nieuwbouw en vitale & kwetsbare functies, Anon., Royal Haskoning DHV, 13 december 2012.
Zie ook
- Weerbaarheid vitale infrastructuren en objecten- Strategieën in relatie tot overstromingen
- Analyse waterrobuuste inrichting; voor nieuwbouw en vitale & kwetsbare functies
- De herijking vitale infrastructuur Nederland
- 2e inhoudelijke analyse bescherming vitale infrastructuur
- Rapport bescherming vitale infrastructuur
- Effecten op Telecommunicatie en ICT
- Telecommunicatie en ICT: effecten
- Handreiking Impactanalyse Ernstige Wateroverlast en Overstromingen voor Veiligheidsregio’s
- Projectplan RAAK Publiek Vitale Infrastructuur in de Veerkrachtige Delta. Case study – Cascade-effecten als gevolg van een overstroming in Reimerswaal
- Casus Havens en Industrie
