Set VN link, Property name = Context, Property VN name = Context
Model link = VZM Rivierafvoer Rijn en Maas
Result = VZM Peil- en zoutbeheer VZM VN
End Set VN link
Set VN link, Property name = Produces, Property VN name = Produces
Model link = VZM Rivierafvoer Rijn en Maas
Result =
End Set VN link
Set VN link, Property name = Consumes, Property VN name = Consumes
Model link = VZM Rivierafvoer Rijn en Maas
Result =
End Set VN link
Set VN link, Property name = Part of, Property VN name = Part of
Model link = VZM Rivierafvoer Rijn en Maas
Result = VZM Peil- en zoutsturing VZM VN
End Set VN link
Set VN link, Property name = Instance of, Property VN name = Instance of
Model link = VZM Rivierafvoer Rijn en Maas
Result =
End Set VN link
Set VN link, Property name = Concerns, Property VN name = Concerns
Model link = VZM Rivierafvoer Rijn en Maas
Result =
End Set VN link
Zie https://waterinfo.rws.nl/#!/kaart/waterafvoer/ voor de actuele afvoeren van Rijn en Maas. Via de Volkeraksluizen wordt rivierwater ingelaten om het peil en het zoutgehalte van het Volkerak-Zoommeer te kunnen reguleren.
De maatregel Waterberging Volkerak-Zoommeer (VZM) draagt bij aan de bescherming tegen overstromingen van het Benedenrivierengebied. Bij zeer hoge waterstanden en storm op zee gaan de Maeslantkering in de Nieuwe Waterweg en de Hartelkering in het Hartelkanaal dicht. Onder deze omstandigheden zijn ook de Haringvlietsluizen gesloten. Het is dan niet mogelijk om vanuit het Benedenrivierengebied rivierwater naar zee te spuien. Als deze situatie samenvalt met zeer hoge rivierafvoeren, loopt het Benedenrivierengebied als het ware als een badkuip vol en kan de maatgevende hoogwaterstand (MHW) worden overschreden met mogelijk onveilige situaties tot gevolg. Door het inzetten van het VZM als tijdelijk waterbergingsgebied, wordt de MHW verlaagd. Hiermee wordt invulling gegeven aan de taakstelling die volgt uit de Planologische Kernbeslissing Ruimte voor de Rivier.
Water bergen op het VZM is een voorziene en voorzienbare beheermaatregel. Voorzien in de zin van dat het een maatregel is ter uitvoering van de Planologische Kernbeslissing Ruimte voor de Rivier, die een van te voren berekend positief effect op de waterveiligheid zal hebben. Voorzienbaar in de zin van dat de maatregel wellicht zeer zelden zal worden ingezet (De frequentie van inzet van de maatregel, die aanvankelijk 1/1430 per jaar bedraagt, zal in de loop van de tijd oplopen tot 1/550 per jaar in 2050, maar dat aan de hand van de meteorologische verwachtingen voor storm en de verwachte peilopzet op zee en de verwachte rivierafvoeren, met hydraulische modellen het moment van inzet van de maatregel enkele etmalen van te voren kan worden berekend. Daarmee is de inzet van de maatregel, hoewel zeer zeldzaam en uitzonderlijk, een reguliere beheermaatregel.
Globaal ziet de inzetstrategie voor de maatregel er als volgt uit:
Het VZM wordt voor waterberging ingezet indien:
Er wordt rekening gehouden met de mogelijkheid dat de Maeslantkering niet volledig dicht gaat terwijl dat wel had gemoeten. Er is dan sprake van een calamiteit waarbij de waterstanden in grote delen van het Benedenrivierengebied erg hoog op zouden kunnen lopen. De inzet van waterberging op het Volkerak-Zoommeer zou dan ook enige beperking van de maximale waterstanden op de benedenrivieren betekenen in de situaties dat het sluiten van de Maeslantkering heeft gefaald. In dat geval is het wenselijk dat het mogelijk is de Volkeraksluizen onder verval te sluiten. Daarmee kan het waterpeil op het Volkerak-Zoommeer worden beheerst. Het tussentijds sluiten is echter in de huidige sluisconfiguratie niet mogelijk. Het Volkerak-Zoommeer wordt bij zo’n calamiteit niet ingezet als maatregel om de hoogwaterstanden in het Benedenrivierengebied te verlagen en gaat alleen in werking als de Maeslantkering daadwerkelijk sluit.
Het waterpeil op het Volkerak-Zoommeer zal daardoor stijgen. Het doorspuien, dit is water afvoeren via Krammersluizen en Bathse Spuisluis tijdens het vullen van het Volkerak- Zoommeer, draagt verwaarloosbaar bij aan de verlaging van de MHW in het Benedenrivierengebied. Tegelijkertijd zijn er geen principiële bezwaren tegen het doorspuien.
De Volkeraksluizen (spuisluizen) worden bij de inzet van waterberging niet gesloten, ook niet indien het peil op het VZM de MHW heeft bereikt. De spuisluizen zijn niet geschikt om bij calamiteiten onder verval te sluiten en de inlaat tijdens het bergen van water te stoppen.
Inzet van de waterberging gebeurt volgens een opgesteld protocol (Anon. 2019).
In de waterbergingsperiode is geen scheepvaart mogelijk op het VZM. Het schutproces in de sluizen langs het VZM wordt gestaakt bij het zogenaamde extreem schutpeil. Dit wordt bereikt bij een waterstand van NAP+0,75 meter op het VZM. Zolang de waterstand op het VZM hoger is dan het vermelde peil zijn de sluizen gestremd.