Klimaatverandering



Set VN link, Property name = Context, Property VN name = Context

Model link = Klimaatverandering

Result = GVZM Het Grevelingenmeer VN, Menselijk- en ecosysteem VN, N2D Vogels in de Zuidwestelijke Delta VN, Verz Verzilting hoofdwatersystemen VN, ZW Zoet water in Zeeland VN

End Set VN link


Set VN link, Property name = Produces, Property VN name = Produces

Model link = Klimaatverandering

Result =

End Set VN link


Set VN link, Property name = Consumes, Property VN name = Consumes

Model link = Klimaatverandering

Result =

End Set VN link


Set VN link, Property name = Part of, Property VN name = Part of

Model link = Klimaatverandering

Result = N2D Beheer gericht op instandhouding van vogels in de Delta VN, Processen (natuurlijk en menselijk) VN, Verz Verziltingsbestrijding van het hoofdwatersysteem VN

End Set VN link


Set VN link, Property name = Instance of, Property VN name = Instance of

Model link = Klimaatverandering

Result =

End Set VN link


Set VN link, Property name = Concerns, Property VN name = Concerns

Model link = Klimaatverandering

Result =

End Set VN link








Klimaatverandering in Nederland

Figuur 5: Verandering van temperatuur (a) en neerlagsom (b) in Nederland (KNMI 2021).

In Nederland zijn in de afgelopen dertig jaar de temperatuur, de zonnestraling, de neerslag, de verdamping en het neerslagtekort toegenomen. De windsnelheid is afgenomen. Tussen 1961-1990 en 1991-2020 is de jaargemiddelde temperatuur in Nederland toegenomen met 1,1°C. In de periode 1901-2020 is de jaargemiddelde temperatuur met 2,3°C toegenomen (figuur 5a). Dat is ruim twee keer zo veel als de toename van de wereldgemiddelde temperatuur. Gemiddeld over Nederland is de jaarlijkse neerslag toegenomen met 8%. De toename is het grootst in de winter en de zomer. Hierbij werden de natte dagen natter; het aantal natte dagen veranderde niet of nauwelijks. De lente is het enige seizoen waarin de neerslag is afgenomen. Sinds 2000 is de neerslag nauwelijks verder toegenomen. Dat komt doordat de neerslag in de lente en de herfst sinds 2000 is afgenomen. De neerslag in de winter en – in mindere mate – in de zomer is sinds 2000 wel verder toegenomen (figuur 5b) (KNMI 2021).

De gevolgen van de mondiale klimaatverandering voor Nederland zijn (KNMI 2021):

  • Bij onverminderde uitstoot kan in het jaar 2100 de zeespiegel 1-2 meter zijn gestegen (zie verder: Zeespiegelstijging);
  • De sterke verandering van het klimaat in het Arctisch gebied kan leiden tot langduriger perioden van hitte, droogte, kou of veel neerslag in Nederland;
  • In de zomer komen er meer extreme buien voor met veel neerslag, hagel en wind;
  • Doordat er bij hogere temperaturen meer water verdampt neem de kans op droogte in de zomer toe, waarbij de droge perioden tevens langer aanhouden;
  • Bij de grote rivieren neemt kans op hoogwater in de winter en laagwater in zomer toe;
  • In de steden wordt het door het hitte-eilandeffect nog warmer, vooral 's nachts. Ook droogte en extreme neerslag vormen een uitdaging.

Temperatuurstijging

Figuur 1: Gemiddelde temperatuurstijging wereldwijd relatief ten opzichte van 1850-1900 (IPCC, 2021).

Het IPCC (Intergovernmental Panel on Climate Change) concludeert in het Zesde Assessment Report (IPCC, 2021) dat atmosfeer, oceanen en land onmiskenbaar zijn opgewarmd door menselijke invloed (figuur 1 en 2) en dat wijdverbreide en snelle veranderingen in de atmosfeer, de oceaan, de cryosfeer en de biosfeer zijn opgetreden. De schaal van de recente veranderingen in het klimaatsysteem als geheel en de huidige toestand van vele aspecten van het klimaatsysteem zijn ongekend over vele eeuwen tot vele duizenden jaren. Door de mens veroorzaakte klimaatveranderingen hebben reeds gevolgen voor vele weer- en klimaatextremen in in alle regio's van de wereld. Er zijn bewijzen van waargenomen veranderingen in extremen zoals hittegolven, hevige neerslag, droogte en tropische cyclonen, en in het bijzonder de toeschrijving daarvan aan de invloed van de mens is sinds het vijfde evaluatierapport (AR5) nog sterker geworden.

Figuur 2: De waargenomen opwarming wordt veroorzaakt door emissies van menselijke activiteiten, waarbij de opwarming door broeikasgassen gedeeltelijk wordt gemaskeerd door afkoeling door aërosolen (IPCC, 2021).

Verwachtingen voor de toekomst

De mondiale oppervlaktetemperatuur zal zeker tot het midden van de eeuw in alle emissiescenario's blijven stijgen (Figuur 3 en 4). Een opwarming van de aarde van 1,5°C en 2°C zal worden overschreden in de loop van de 21e eeuw, tenzij de uitstoot van kooldioxide (CO2) en andere broeikasgasemissies in de komende decennia fors verminderd wordt. Veel veranderingen in het klimaatsysteem worden groter in directe relatie tot de toenemende opwarming van de aarde. Daartoe behoren een toename van de frequentie en intensiteit van warme extremen, mariene hittegolven en hevige neerslag, landbouw- en ecologische droogte in sommige regio's, en het aantal hevige tropische cyclonen, alsmede de afname van het Arctische zee-ijs, de sneeuwbedekking en permafrost. Aanhoudende opwarming van de aarde zal naar verwachting leiden tot een verdere intensivering van de mondiale watercyclus, met inbegrip van de variabiliteit ervan, de wereldwijde moessonneerslag en de hevigheid van natte en droge gebeurtenissen. In scenario's met toenemende CO2-emissies zullen de koolstofopnames in de oceanen en op het land naar verwachting minder effectief zijn in het vertragen van de accumulatie van CO2 in de atmosfeer. Veel veranderingen ten gevolge van broeikasgasemissies in het verleden en in de toekomst zijn onomkeerbaar gedurende eeuwen tot millennia , vooral veranderingen in de oceaan, ijskappen en de hoogte van de zeespiegel.

Figuur 3: Toekomstige uitstoot van CO2 en drie andere broeikasgassen volgens vijf verschillende scenario's (IPCC, 2021).
Figuur 4: Temperatuurstijging in 2100 voor de vijf scenario's (IPCC, 2021).



Referenties


HZ University of Applied Sciences
Rijkswaterstaat, Ministerie van Infrastructuur en Milieu
Projectbureau Zeeweringen
Waterschap Scheldestromen
Provincie Zeeland
Deltares