Afvalwaterketen



Set VN link, Property name = Context, Property VN name = Context

Model link = VI Afvalwaterketen

Result = VI Waterveiligheid en vitale infrastructuur in Zeeland VN

End Set VN link


Set VN link, Property name = Produces, Property VN name = Produces

Model link = VI Afvalwaterketen

Result =

End Set VN link


Set VN link, Property name = Consumes, Property VN name = Consumes

Model link = VI Afvalwaterketen

Result =

End Set VN link


Set VN link, Property name = Part of, Property VN name = Part of

Model link = VI Afvalwaterketen

Result = VI Vitale infrastructuur Reimerswaal VN

End Set VN link


Set VN link, Property name = Instance of, Property VN name = Instance of

Model link = VI Afvalwaterketen

Result =

End Set VN link


Set VN link, Property name = Concerns, Property VN name = Concerns

Model link = VI Afvalwaterketen

Result =

End Set VN link











Onder de afvalwaterketen verstaan we de inzameling, transport en zuivering van afvalwater van huishoudens en bedrijven. Dit gebeurt via een gemengd of (verbeterd) gescheiden rioleringsstelsel. In een gemengd stelsel wordt regen- en afvalwater via één buis naar een rioolwaterzuiveringsinstallatie (RWZI) afgevoerd. Wanneer het tijdelijk hard regent kan het systeem overbelast raken. Via overstorten loost het rioolsysteem (al dan niet via een bergbezinkbassin) direct op het oppervlaktewater. In een gescheiden stelsel worden regenwater en afvalwater via aparte rioolbuizen getransporteerd. Afvalwater gaat naar de RWZI en regenwater wordt op het oppervlaktewater geloosd. In een verbeterd gescheiden stelsel wordt het relatief vuile regenwater van kleinere buien en het eerste deel van grotere buien ook naar de RWZI afgevoerd. In de gemeente Reimerswaal zijn met name gemengde rioleringsstelsels aanwezig.

Rioolstelsels en zuivering

Het transport van rioolwater vindt plaats onder vrij verval (naar lage punten) en via rioolgemalen en persleidingen. Rioolgemalen verpompen het afvalwater vanuit een ondergrondse put. In het persleidingnetwerk zitten rioolafsluiters waarmee in geval van onderhoud of calamiteiten tijdelijk een deel van de persleiding kan worden afgesloten om te voorkomen dat problemen zich verplaatsen (Esch 2017). Zowel de pomp in de gemaalunit als de afsluiters kunnen op afstand automatisch worden geregeld, maar vaak worden in de praktijk vrijwel alle afsluiters handmatig bediend. De schakelautomaat is hierin het meest kwetsbare onderdeel. Deze zijn opgesteld in een bedieningsgebouw of buitenopstellingskast.

Gemeenten zijn verantwoordelijk voor de inzameling en het transport naar inzamelpunten. Waterschappen zijn verantwoordelijk voor de keten vanaf het inzamelpunt tot en met zuivering. In de zuivering wordt het rioolwater grof gefilterd, eventueel voorbezonken (voorbezinktank), vervolgens met bacteriën in een beluchtingstank gezuiverd, nabezonken (nabezinktank) en daarna wordt het gezuiverde water geloosd op het oppervlaktewater [ Pers. Comm., Feiter, Noorden, & Veen 2017]. Het slib uit de voorbezinktank wordt in een installatie vergist en gebruikt voor de opwekking van elektriciteit voor interngebruik.

Schade door overstromingen

De belangrijkste schade die kan optreden aan de afvalwaterketen door overstromingen omvat:

  • schade aan de meet- en regeltechniek; de verwachting is dat deze volledig vervangen moet worden;
  • schade aan de elektriciteitsvoorziening; door tijdig afschakelen kan kortsluitschade worden beperkt;
  • schade aan pompen;
  • dichtslibben van riolen en transportleidingen;
  • kapotte riolen door opdrijven na snel legen en ongebruikelijk hoge (grond)waterstand.
  • schade door (tijdelijke) instabiliteit van de ondergrond zoals verzakkingen van fundering van gebouwen en (ondergrondse) infrastructuur. Onder andere verbroken aansluiting van riolering binnen panden op de riolering buiten, extra belasting op ondergrondse infrastructuur door volledig verzadigde bodem en druk van het water, et cetera.

Bovengenoemde oorzaken (DHV 2011),[ Pers. Comm., Feiter, Noorden, & Veen 2017] kunnen leiden tot directe uitval van (delen van) de afvalwaterketen. Ook indirecte uitval kan optreden. Bijvoorbeeld door afschakeling van elektriciteit vanuit de energiebedrijven om schade aan het elektriciteitsnet te beperken of wanneer de kwantiteit of kwaliteit van de afvalwatertoevoer extreem verandert zoals bij het indringen van zoutwater in het leidingstelsel. In het geval van extreme verandering (zoutwater indringing) daalt de zuiveringsefficiëntie en mogelijk kan de bacteriecultuur geheel uitsterven (Kargi & Dincer 1996). Indien een bacteriecultuur uitsterft is de verwachte hersteltijd minimaal een maand.

Bij uitval zal ongezuiverd afvalwater via de riolering of een niet functionerende RWZI in de omgeving terechtkomen. Uitval van rioolgemalen zal in een gemengd stelsel leiden tot lozing op oppervlaktewater via overstorten en uittredend afvalwater op straat [ Pers. Comm., Feiter, Noorden, & Veen 2017]. Dit is vooral een lokaal effect. Uitval van een RWZI kan in de praktijk een groter, regionaal effect hebben omdat ongezuiverd afvalwater in het watersysteem terecht komt waar ook benedenstroomse gebruikers last van krijgen (Man en Leenen 2014,. Esch 2017).


Figuur 1: Een schematische opstelling van het rioolgemaal met buiten-opstellingskast. De drempelwaarde van deze gemalen met systeemkast is +/- 30 cm. Bron: Xylem water solutions Benelux.
Figuur 2: RWZI nabij St. Louis, USA. tijdens een overstroming 2015. De drempelwaarde van een RWZI is +/- 60 cm volgens de richtlijnen van de Unie van Waterschap. Bron: stltoday

In geval van een overstroming zal het afvalwater zich vermengen en afhankelijk van de omvang van de overstroming (sterk) verdund raken. Wanneer een gebied zelf niet getroffen wordt door een overstroming maar wel te maken krijgt met uitval van de afvalwaterketen heeft dat grote gevolgen voor de leefbaarheid. Het toilet functioneert niet meer en doordat afvalwater op straat en/of in de omgeving (nabij lozingspunten) terecht komt ontstaan er risico’s voor de volksgezondheid. Besmetting met onder andere norovirussen en MRSA bacteriën kan optreden door direct contact met water (Man en Leenen 2014). Aanwezigheid van zware industrie kan voor additionele risico’s zorgen wanneer bedrijfsinstallaties niet direct stilgezet (kunnen) worden en een afvalstroom blijven produceren.

Effecten van een overstroming

De effecten van een overstroming worden beschreven op de volgende pagina



Referenties


HZ University of Applied Sciences
Rijkswaterstaat, Ministerie van Infrastructuur en Milieu
Projectbureau Zeeweringen
Waterschap Scheldestromen
Provincie Zeeland
Deltares