Afharden oesterbroed



Set VN link, Property name = Context, Property VN name = Context

Model link = BA Afharden oesterbroed

Result = BA Proeflocatie Zeeland Aquacultuur VN

End Set VN link


Set VN link, Property name = Produces, Property VN name = Produces

Model link = BA Afharden oesterbroed

Result =

End Set VN link


Set VN link, Property name = Consumes, Property VN name = Consumes

Model link = BA Afharden oesterbroed

Result =

End Set VN link


Set VN link, Property name = Part of, Property VN name = Part of

Model link = BA Afharden oesterbroed

Result = BA Schelpdierkweek bij proeflocatie Zeeland Aquacultuur VN

End Set VN link


Set VN link, Property name = Instance of, Property VN name = Instance of

Model link = BA Afharden oesterbroed

Result =

End Set VN link


Set VN link, Property name = Concerns, Property VN name = Concerns

Model link = BA Afharden oesterbroed

Result =

End Set VN link






Vergelijkende groeiproef

In dit geval is het upwelling systeem geplaatst in het recirculatiesysteem zodat de schelpdierbroedjes in de upwellers in theorie net zoveel algen krijgen als de tapijtschelpen in de vijvers. Op 29/4 zijn 100.000 T2 (ca. 4mm groot) oesterbroedjes (C. gigas) in het systeem geplaatst. Tegelijkertijd zijn eveneens 100.000 T2 oestertjes van dezelfde batch opgehangen in de nursery van Roem van Yerseke en in het drijvende upwelling systeem (FLUPSY) in het Veerse Meer. Dit om de groei van de oestertjes in de nursery van Zeeland Aquacultuur te kunnen vergelijken met andere locaties.

Op het moment van inzetten hadden alle batches een totaalgewicht van 870 gram, dit komt neer op een individueel gewicht van 0,87 mg. Wekelijks zijn de batches bekeken en schoongespoeld of eventueel overgezet in een schone schelpdierhouder. Op 4/6 zijn de oestertjes opnieuw gewogen. In dit tijdsbestek (36 dagen) zijn de oestertjes in de nursery van Zeeland Aquacultuur gegroeid tot een totaalgewicht van 7640 gram , dit komt neer op een individueel gewicht van 0,076 gram. De oestertjes in de nursery van Roem van Yerseke en de FLUPSY in het Veerse Meer hadden op dat moment een totaal gewicht van resp. 3950 gram en 11300 gram. Er is gedurende deze proef in geen van de batches mortaliteit opgetreden. Dit experiment geeft aan dat de oestertjes in het upwelling systeem bij Zeeland Aquacultuur het niet verkeerd gedaan hebben (Roem v. Yerseke en Prins & Dingemanse BV).

Figuur: Verschil in groei na 36 dagen; boven broed uit de FLUPSY in het Veerse Meer, links nursery Zeeland Aquacultuur en rechts nursery Roem v Yerseke (Roem v. Yerseke en Prins & Dingemanse BV)
.

Toekomstperspectief

Duidelijk is dat de opkweek van schelpdierbroed op het land (nursery fase) meer toekomstperspectief heeft als de doorkweek tot consumptieformaat omdat voor consumptieformaat schelpdieren (zowel oester, mosselen als tapijtschelpen) een kiloprijs geldt van €3 tot maximaal €5 per kg (Roem v. Yerseke en Prins & Dingemanse BV).



HZ University of Applied Sciences
Rijkswaterstaat, Ministerie van Infrastructuur en Milieu
Projectbureau Zeeweringen
Waterschap Scheldestromen
Provincie Zeeland
Deltares