Getij Westerschelde



Set VN link, Property name = Context, Property VN name = Context

Model link = VZM Getij Westerschelde

Result = VZM Peil- en zoutbeheer VZM VN

End Set VN link


Set VN link, Property name = Produces, Property VN name = Produces

Model link = VZM Getij Westerschelde

Result =

End Set VN link


Set VN link, Property name = Consumes, Property VN name = Consumes

Model link = VZM Getij Westerschelde

Result =

End Set VN link


Set VN link, Property name = Part of, Property VN name = Part of

Model link = VZM Getij Westerschelde

Result = VZM Peil- en zoutsturing VZM VN

End Set VN link


Set VN link, Property name = Instance of, Property VN name = Instance of

Model link = VZM Getij Westerschelde

Result =

End Set VN link


Set VN link, Property name = Concerns, Property VN name = Concerns

Model link = VZM Getij Westerschelde

Result =

End Set VN link









De Bathse Spuisluis vormt de verbinding tussen het Volkerak-Zoommeer en de Westerschelde. De Bathse spuisluis kan alleen rond laagwater water van het Volkerak-Zoommeer op de Westerschelde spuien. Tijdens het groeiseizoen (15 maart tot 15 september) wordt het VZM met zoetwater doorgespoeld met als doel om de de norm van 450 mg Cl/l bij de Bathse brug te bereiken. Ook wordt water gespuid om het peil op het VZM te handhaven, bijvoorbeeld in tijden van een neerslagoverschot.

Waterstanden op de Westerschelde nabij Bath, zijn van 1989 tot en met 2011 geregistreerd en (vervolgens) bewerkt om te komen tot de slotgemiddelden en overschrijdings- of onderschrijdingsfrequenties zoals in de tabel hieronder.

Verdere uitleg en verantwoording over deze vaker voorkomende waterstanden, kan worden gevonden in het rapport Kenmerkende waarden getijgebied 2011.0.

Waterstanden op de Westerschelde (Bath) uit: Kenmerkende waarden getijgebied 2011.0

Zoetlast op de Westerschelde

In het verleden waren er zorgen over het effect van de zoetlast op de Westerschelde. Hieruit zijn normen zoutgehalte uit voortgekomen voor verschillende locaties in de Westerschelde waar RWS met de lozing vanuit de Bathse Spuisluis niet onder mocht komen. Lefèvre, De bepaling van de toelaatbare maximum lozing via de Bathse spuisluis bij operationeel beheer.

Lefèvre (1984) beschrijft het volgende :

Tabel 1: Maximale toelaatbare lozing (m3/s) van de Bathse spuisluis op de Westerschelde volgens Lefèvre (1984), waarbij WSO-WS2 meetpunten op de Westerschelde voorstellen.
Maximum toelaatbare lozing (m3/s) bij: zomer winter
WS 0 WS 1 WS 2 WS 0 WS 1 WS 2
handhaven absoluut minimumgehaltenorm 65 154 154 196 84 84
handhaven seizoensgemiddelde norm 48 60 118 52 85 138


Lefèvre (1984) gaat hierbij uit van dat de drempels 48 m3/s in de zomer en 52 m3/s (beide voor WS0, is meetpunt Lamswaarde) in de winter bepalend zullen zijn. Wanneer de drempels per decade worden beschouwd (zoals Lefèvre voorstelt), is al op te maken dat in de periode van 2009 – 2022 de afvoernorm in de winter in 95% van de tijd wordt gerespecteerd. In 72% van de tijd is er ruimte voor een aanvullende 22,5 m3/s om het VZM zoet te spoelen met water uit het Hollandsch diep.



Referenties


HZ University of Applied Sciences
Rijkswaterstaat, Ministerie van Infrastructuur en Milieu
Projectbureau Zeeweringen
Waterschap Scheldestromen
Provincie Zeeland
Deltares